Agrariërs die gebruik kunnen maken van het zoete water uit het Volkerak-Zoommeer, maken daar dankbaar gebruik van tijdens deze droge zomer. Overheidsplannen om het water zout te maken, gooien roet in het eten.
Agrariërs op het Zeeuwse schiereiland Tholen en Sint Philipsland en in delen van West-Brabant maken dankbaar gebruik van het zoete water uit het Volkerak-Zoommeer. Bijvoorbeeld Nils van Tilbeurgh, in het Zeeuwse Oud-Vossemeer. Aan de andere kant van het Schelde-Rijnkanaal, in Nieuw-Vossemeer (N-B) doet William Brooymans hetzelfde. “Een onmisbare plas zoet water,” aldus de Brabantse agrariër.
Water uit de sloot
Van Tilbeurgh heeft zelf een relatief nieuwe haspel in de schuur staan, die hij deze zomer alvast 3 weken heeft ingezet. Een gift van 20 à 25 mm per keer is goed te doen en dat water komt dus gewoon uit de sloot. Om daar het water goed hoog te houden, sluit van Tilbeurgh de sloot tussen een perceel verderop af met een soort opblaasbare bal.
Anders dan in regio’s waar al het oppervlaktewater zoet is, is het gebruik van dit water voor agrariërs niet voor niks. Ze betalen jaarlijks voor het gebruik van het zoete water. Voor het gebruik is een watervergunning nodig, deze moeten boeren aanvragen voor de start van het groeiseizoen: van januari tot maart.
Ondernemers die het water goed bereikbaar op hun percelen hebben liggen, betalen € 40 per hectare. Voor minder bereikbare percelen wordt respectievelijk € 26,67 en € 13,33 gerekend. Wie niet beregent, hoeft niet te betalen. Simpel zat.
Lees verder onder de foto
Bezwaar tegen belasting
Toch is deze regeling niet helemaal zonder slag of stoot van de grond gekomen. Tot aan de Raad van State aan toe is er juridisch over gesteggeld. Agrariërs maakten bezwaar tegen de extra belasting die zij moesten afdragen voor de extra kosten voor zoetwatervoorziening door het waterschap. Het waterschap vindt echter dat de zoetwatervoorziening niet tot de kerntaken van een waterschap behoort en dat de gemiddelde Zeeuwse waterschapsbelastingbetaler hier niet voor hoeft te betalen. Naar aanleiding hiervan is de huidige retributieverordening samengesteld.
Het randmeer, dat grenst aan de zoute wateren tussen de Zeeuwse eilanden, staat op de lijst van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat om voor 2030 zout te maken, in het kader van de Programmatische Aanpak Grote Wateren.
Waterkwaliteit laat te wensen over
In de voorgaande jaren is namelijk gebleken dat de waterkwaliteit in het meer te wensen overlaat. Om bijvoorbeeld algenbloei tegen te gaan, moet het water weer zout worden. Plannen voor een alternatieve zoetwatervoorziening zijn in de maak. Maar Zeeuwse agrariërs vrezen alsnog voor hun watervoorziening. Ook boeren die niet direct water uit de sloot kunnen pompen, maar bijvoorbeeld met tankauto’s water laten komen uit het meer, zijn het niet eens met de plannen van het ministerie.
Natuurorganisaties in Zeeland, verenigd in de Coalitie Delta Natuurlijk, zijn kritisch op de verziltingsplannen, omdat het zoetwatermeer nu juist hoge natuurwaarden kent. De plaatselijke en nationale politici van D66 vragen zich ook af voor wie de verzilting van het Volkerak-Zoommeer goed is. De antwoorden daarop blijft minister Cora van Nieuwenhuizen nog schuldig.