Telers met het keurmerk On the Way to PlanetProof passen gemiddeld 13% duurzame energie toe. Het percentage duurzame irrigatiewater is 24%. Dat blijkt uit de nulmeting van de bedrijven van telers met On the Way to PlanetProof. Deze nulmeting is een basis voor afspraken over een duurzaamheidsvergoeding.
Stichting Milieukeur gebruikte de data uit controles op het keurmerk On the Way to PlanetProof voor deze impactanalyse. Het is data met gemiddeldes uit verschillende jaren zoals 2019 tot en met 2021.
Voor een aantal thema’s komen er doelstellingen voor 2030 en wordt elke drie jaar de voortgang gemeten. Dat is bedoeld voor de afspraken over de duurzaamheidsvergoeding. “De afspraken die SMK gemaakt heeft met supermarkten over het betalen van een duurzaamheidsvergoeding aan On the Way to PlanetProof-telers maakt verdere verduurzaming mogelijk. Met de lopende herziening voor het schema per 2026 zullen keurmerkhouders opnieuw stappen zetten richting de doelstellingen van 2030”, stelt SMK.
Voor biodiversiteit, bemesting en materiaal en afvalstromen zijn nog geen resultaten voor de impact. De dataverzameling is daar later gestart. Het is op dit moment ook nog niet mogelijk concrete doelstellingen vast te stellen voor het gebruik van duurzame energie en duurzaam water. Voor energie is het onzeker wat de komende jaren haalbaar zal zijn. Zo zijn er nauwelijks duurzame alternatieven beschikbaar voor duurzame machines in de open teelt, schrijft SMK. Ook voor duurzaam water is niet duidelijk wat een realistische doeltelling zou kunnen zijn.
Behoorlijke verschillen tussen teelten
Tussen teelten zijn verder flinke verschillen gemeten bij de afzonderlijke verduurzamingsthema’s. Bijvoorbeeld bij het gebruik van risicostoffen. In rode kool, witte kool, spruitkool, prei, ui, appel en peer bedraagt het aantal toepassingen van risicostoffen meer dan tien keer per teelt of teeltjaar. In gerst, droge bonen en korte teelten als veldslag, rucola en spinazie ligt het gebruik van risicostoffen lager dan vier keer per teelt.
Telers kunnen bonuspunten halen ter compensatie van maluspunten die ze oplopen bij toepassing van bepaalde kritische middelen. De bonuspunten gaan via keuzemaatregelen. De meest toegepaste maatregelen zijn extra drift beperkende maatregelen, groene gewasbeschermingsmiddelen, het creëren van nest- en schuilgelegenheden voor fauna en precisie-bemesting. Telers voldoen ruim aan de keuzemaatregelen.
60% van Nederlands areaal gecertificeerd
Het areaal onder het keurmerk is bijna 60.000 hectare in Europa, waarvan bijna 50.000 hectare in Nederland. Dit betekent dat meer dan 60% van het Nederlandse areaal groente- en fruitteelt is gecertificeerd.