De glastuinbouw wil graag meedenken over wat voor vervolg er kan komen op de expositie Countryside, the future van Rem Koolhaas cs in New York.
Rem Koolhaas vraagt sinds enkele weken met een spraakmakende tentoonstelling in het Guggenheim Museum aandacht voor het platteland als een genegeerd domein, waar zich echter een stille revolutie afspeelt. En terwijl de wereldberoemde architect zijn jarenlang voorbereidend onderzoek voor die expositie aan het afronden was, maakten Nederlandse boeren afgelopen najaar iets soortgelijks kenbaar: hun gevoel al tientallen genegeerd te worden door de stedelijke elite spatte af van hun acties naar aanleiding van de stikstofkwestie.
En de tuinders? De Westlandse glastuinbouw speelt een opvallende rol in de expositie Countryside, the future in het Guggenheim Museum. Bij de ingang valt niet alleen de enorme trekker op, maar ook de container waarin onder led-lampen tomaten worden geteeld. Op 10 maart was er een rechtstreekse verbinding tussen het Naaldwijkse World Horti Center (WHC) en die teeltmodule van 10 bij 5 bij 5 meter op 5th Avenue, waar de New Yorkers door de glazen gevel aan de straatkant door naar binnen kunnen kijken.
‘Is dat cannabis?’
In Naaldwijk zaten enkele tientallen geïnteresseerde meest Westlandse tuinbouwprofessionals, om meer te horen over wat ‘Guggenheim’ voor de tuinbouw kan betekenen. Online volgden er nog meer de bijeenkomst. In New York zat Ed Kester van Priva, die er samen met David Litvin van 80 Acres Farms tomaten teelt. “De meeste voorbijgangers denken dat het cannabis is. Of basilicum. En of dat vliegende mieren zijn, die beestjes van Koppert.”
Lees verder onder foto
Golf van publiciteit
Ed Smit van Stichting Nethwork is het afgelopen jaar zeer druk geweest om de brug te slaan tussen Koolhaas en de Nederlandse tuinbouw. Smit, geboren en getogen in Maasdijk, maar nu al 18 jaar woonachtig in Costa Rica, is er bijna verontschuldigend over. Dat hij nu voor deze zaal in het WHC staat om het te hebben over hoe de glastuinbouw een vervolg kan geven aan deze golf van publiciteit. Publiciteit van een heel ander kaliber dan wat er tot nu toe op de sector is afgekomen.
“Ik groeide op in het Westland en ik ben altijd heel trots geweest op de kassen en de tuinbouw hier”, schetst Smit zijn betrokkenheid. Ook al deden we in de jaren 70 en 80 echt niet alles goed, zegt hij er meteen bij. “Dat is ons ook vaak genoeg voorgehouden, in de tijd van de methylbromide en de ‘illegalen’. Maar wat er allemaal wél goed ging, daar zijn we misschien ook te bescheiden in geweest. Na mijn afstuderen kwam ik bij Koppert Biological Systems. Een van de mooiste bedrijven ter wereld, maar ik miste wel de trots om dat uit te dragen.”
Lees verder onder foto
National Geographic
Hoe dat uitdragen van een trotsmakende sector in zijn werk kan gaan, werd najaar 2017 gedemonstreerd. Mede georkestreerd door Ed Smit en zijn twee kompanen van Stichting Nethwork. In een lang artikel met schitterende foto’s toonde National Geographic pagina na pagina hoe het kleine Nederland de wereld voedt: This Tiny Country Feeds the World. Dat kun je zelf roepen, maar als een gezaghebbend populair wetenschappelijk tijdschrift het zegt…
En wat gaan we doen op de Wereldtentoonstelling in Dubai?
En nu is er Rem Koolhaas en Countryside, the future. Smit: “Laten we ons realiseren van hoe ver de tuinbouw komt, als het gaat om de verhalen die over ons zijn verteld. En ik weet dat we daar graag ons eigen verhaal tegenover zetten en dat we daar graag grip op willen hebben. Maar het is nu Rem Koolhaas die het vertelt. Hij maakt van ons verhaal zijn verhaal. Misschien niet precies zoals wij dat zouden doen, maar met zijn statuur en zijn netwerk krijgt hij de boodschap nu op plekken die wij nooit zouden kunnen bereiken.”
Nu praten over het vervolg
Aan de tuinbouw nu om die boodschap in te kleuren en van vervolg te voorzien. Met in het stichtingsbestuur Peter Maas van Koppert Biological Systems, Rob Baan en zijn zoon Stijn van Koppert Cress en met Meiny Prins van Priva op de achtergrond erbij wil Smit zich met Stichting Nethwork inzetten om het slot van de expositie in New York, half augustus een week lang te laten samenvallen met de start van een niet te missen vervolg.
Game met 120 levels
De link tussen de wereldtop van cultuur en creatieve industrie in New York en de wereldtop van de tuinbouw wil hij graag bestendigen. Met een Vertical Farming Game met 120 levels waarin kids tussen 8 en 18 tomaten telen onder leds. Met wie weet Pharrell Williams (die van ‘Coz I’m Happyyyy…’) die straks ineens 10 weken op 1 staat met een lied met een tomaat in de hoofdrol. En met in Nederland nieuwe links tussen tuinbouw en Dutch Design en de Landschaps Triënnale. “En wat gaan we doen op de Wereldtentoonstelling in Dubai?”
Geestverruimende presentaties
Na net alle hoeken van de zaal en van de wereld te hebben gezien, met ook geestverruimende presentaties van architectuurhistoricus Stephan Petermann (partner bij Koolhaas’ bureau AMO/OMA) en van Wagenings filosoof Clemens Driessen, wilden de deelnemers aan dit seminar eerst even bijkomen. Maar niet te lang. Want Smit weet wel: anders dan zijn voornaam zou kunnen doen vermoeden is Koolhaas er niet de man naar om ergens de vaart weer uit te laten gaan.