“In het voorjaar zien we een verschuiving in de vraag naar andere bladgewassen”, zegt teler Edwin Buitendijk in Ridderkerk.
De laatste veldsla is in week 9 geoogst. Buitendijk: “De teelt was niet bijzonder. De vraag naar veldsla was matig en de prijs normaal. De kwaliteit van het product was goed. Het stomen van de grond vorig jaar heeft daarbij geholpen.”
In de afdeling waar veldsla heeft gestaan, komen raapstelen. Door de stormschade van 50 kapotte ruiten laat dat nog even op zich wachten. Zodra de ruiten zijn gerepareerd, kan het zaaien van de raapstelen beginnen. Iedere twee weken 450 vierkante meter. Het zaaien van raapstelen gaat het gehele jaar door. In de winter zaait de teler iedere week, omdat het langzamer groeit. “In het voorjaar gaat het sneller. Je ziet het als het ware groeien”, zegt de teler.
In week 11 is de vraag naar raapstelen toegenomen. Buitendijk: “Normaal maken we 30 bakjes per dag, dat zijn nu 100 bakjes. In maart vragen de grotere klanten naar raapstelen. Je zal dit bladgewas niet zo gauw in de supermarkten vinden, maar wel op de markt. Woon-zorgcentra maken er stamppot van.”
Voor paksoi heb ik nog geen afnemer; ik vind het gewoon een leuke teelt
Ziekten of plagen? Niet bij paksoi
De 6.000 paksoiplanten die in week 6 zijn geplant, groeien goed en gelijkmatig. De teler geeft veel water. Rond week 16 kan hij de paksoi oogsten. “Voor dit product heb ik nog geen afnemer; ik vind het gewoon een leuke teelt.” De paksoi ziet er goed uit en heeft geen last van ziekten of plagen. Er is nog geen gewasbeschermingsmiddel gespoten.
Winterpostelein afbouwen
Winterpostelein wordt nog geoogst. In week 11 staat er nog 1.000 vierkante meter. “De afzet verloopt moeizaam en neemt af, omdat het voorjaar wordt. Dan komen andere producten in beeld”, aldus de teler.
Door de nachtvorst heeft het gewas wel last van roodbruine blaadjes. “Door die koude nachten gaan de blaadjes verkleuren als het gewas niet goed doorgroeit. Deze roestkleurige blaadjes plukken we er eerst uit voordat we gaan snijden. Anders is het een rot gezicht, terwijl het niet echte rot is!”
Wanneer de temperatuur in de nacht boven de 15 graden komt, gaat Buitendijk gewone postelein zaaien. Dat zal in april of mei zijn en gaat door tot augustus. ”We oogsten dan van mei tot en met september postelein. Als het in september mooi weer is, gaan we tot in oktober door met zaaien. Postelein kan niet tegen nat en vochtig weer. Zodra dat het geval is, stoppen we in augustus al met zaaien. We hebben ook wel eens vroeger in het seizoen gezaaid toen het in maart 25 graden was.”
Peterselie is een sterke plant
Op de plek in de kas waar de peterselie stond weg te kwijnen, is het gewas weer gaan groeien. Buitendijk: “Toen ze na het planten niet wilde groeien, wilden we ze onder frezen. Maar omdat ik de ruimte niet nodig had, hebben we ze laten staan. Met water en mest is het weer gaan groeien door een levend hart. Maar het blijft een moeilijke teelt. De groei valt tegen als we het vergelijken met raapstelen, die je als het ware ziet groeien. Jammer, want juist nu is er vraag naar peterselie.”
Elke dag worden er 60 bakjes selderij geoogst. Het is een makkelijker teelt en groeit beter door. Geen last van ziekten of plagen, waardoor bespuitingen niet nodig zijn.
Andere jaren had Buitendijk mijtachtige beestjes in dit gewas en moest hij de selderij weggooien omdat het gewas helemaal wit werd. “Het leek net of het blad verbrand was. Na het stomen van de grond hebben we de beestjes niet meer gezien.”
Boskroten: meer knol en minder blad
In begin week 11 heeft Buitendijk het acryldoek van de boskroten afgehaald. Door het vroeg zaaien, staan de kroten 3 centimeter boven de grond. ”Ondanks de koude nachten hebben we toch het doek eraf gehaald, omdat het gewas anders te veel blad vormt en minder op de knol werkt. We willen meer knol hebben en minder blad, anders past een geoogste bos niet meer in de kist”, vertelt de teler.
Soms moeten boskroten worden uitgedund, als ze te dik zijn gezaaid. Nu is dat niet het geval en staat het bladgewas er goed op.
Auteur: Harry Stijger