Sloopbedrijven betalen ’te hoge prijzen’ bij opkoop van kassen voor demontage en export.
De bedrijfstak van kassendemontage staat onder druk. De concurrentie onder slopers (of demontagebedrijven) in het Westen en het beperkte aanbod van oude kassen zorgt voor ’te hoge prijzen’, zeggen sloopbedrijven los van elkaar.
Vrijdag werd bekend dat bouwer en sloopbedrijf Zwirs-Knijnenberg faillissement aanvraagt. De oorzaak is niet bekend, maar het bedrijf was een bekende opkoper en sloper. Uit een rondgang langs enkele slopers blijkt dat de sloopbranche onder druk staat. Ze reageren niet op het faillissement van Zwirs-Knijnenburg, maar willen de markt wel toelichten. Joost Kerklaan: “De sloopcapaciteit is natuurlijk vrij groot en er wordt weinig gesloopt. Het is een vechtmarkt. Inkoop is daardoor te duur geworden om aan het werk te blijven. De marges staan onder druk.” Ook is de internationale vraag naar gebruikte kassen op dit moment niet sterk.
Er wordt steeds gesproken dat banken onverkoopbare glastuinbouwbedrijven laten slopen, maar volgens Kerklaan gebeurt dat nog heel weinig. Ook de ruimte-voor-ruimte-regeling (waarbij kassensloop gefinancierd wordt uit het toewijzen van woningbouwpercelen) ligt door de beperkte vraag naar woningen op een laag pitje. Sloper Floris Buurman uit Gelderland ziet in zijn regio nog altijd redelijke kansen. “In Gelderland is een sloopsubsidie voor bedrijven die elders nieuw bouwen. Wij slopen ook in Duitsland omdat wij dicht bij de grens zitten.” Ook Buurman verbaast zich over de hoge prijzen die in het Westen voor oude kassen betaald worden. “Ik doe dit nu drie jaar, maar de prijzen lijken wel omhoog geschoten.”