‘Voor het eerst bloemkool op 7 mei’

Angelo Nabben en Mirjam van Casteren in Tienray zitten op woensdag 5 juni volop in de oogst van bloemkool.

“De vroegste drie rassen zijn al weg; we zitten nu in de Sevilla, Kardoes en Hermon.” Hermon voldoet voor Nabben het beste, Kardoes het minste. “Daar zitten toch wat meer losse roosjes in en het ras is wat minder zelfdekkend.” Vanaf de week van Pinksteren zijn de rassen Sevilla, Mexico en Korlanu.

Vroegste rassen niet de beste

De vroegste rassen waren Easytop, Xenia en Abeni. “De vroegste rassen zijn nog nooit de beste geweest, maar ze hebben over het algemeen goed voldaan. Xenia had wel wat meer last van drukplekken.” De eerste bloemkool werd op 7 mei gesneden. “Voor ons is dat inderdaad het record waar we het de vorige keer over hadden. De week erop zaten we al volop in de oogst.” Deze plantingen werden na het verwijderen van het doek geschoffeld en bemest met 150 kilo KAS per hectare.

Premium en klasse I

De eerste week was de kwaliteit wel iets minder. Dat kwam waarschijnlijk door de hoge temperatuur in maart. “We hebben toen toch een mooie klasse I kunnen maken door goed uit te sorteren. Toen was de prijs voor klasse II ook nog goed. Met klasse II hoef je nu niet meer aan te komen.” Sinds deze week oogst Nabben dan ook alleen nog Premium bloemkool en klasse I voor ZON fruit & vegetables. Dat gebeurde op 5 juni zelfs met twee oogstploegen.

Daarom verwacht hij ook dat het vanaf de week van Pinksteren even wat rustiger zal verlopen tijdens de oogst van de eerste teelten die niet onder vliesdoek hebben gelegen en in de standaard trays zijn opgekweekt. “Waar we nu in snijden zijn de 4-centimeter perspotten en de wp64 trays.”

Nog geen rupsen

De ziektedruk valt in het Noord-Limburgse Tienray bijzonder mee. “Ik heb twee keer tegen rupsen en bladluizen gespoten met Decis. Ik heb nog geen rupsje gevonden, dus dat heeft goed gewerkt.” De vroegste plantingen hadden wel vier beregeningsbeurten nodig, “maar sinds dat we aan het oogsten zijn, heeft het hier mooi wat geregend. Af en toe hebben we daarna nog een keer zelf moeten beregenen.”