Doorgaan naar artikel

Volop kansen voor buitenbeentjes

Te kleine uien, te dikke wortels of knolselderij met een deukje: wat kun je ermee? Initiatieven voor een nieuwe bestemming van afgekeurde groenten en fruit nemen toe. Van voedselbank tot foodbox, afgekeurde producten zijn daar welkom. Telers, consumenten en goede doelen varen er wel bij.

Niet alle groenten en fruit bereiken het bord van de consument. Elf soorten groenten en fruit moeten voldoen aan criteria qua grootte, vorm, uniformiteit en gaafheid. Dat zijn specifieke handelsnormen die door de EU zijn vastgelegd. Daarnaast hanteren retailers eigen eisen op het gebied van uiterlijk en houdbaarheid.

Vergister is vaak een goedkope oplossing

Voor groenten en fruit die hierdoor afvallen, ook wel buitenbeentjes genoemd, is de vergister vaak een praktische en goedkope oplossing. Maar een teler kan ze ook weggeven, rechtstreeks verkopen, aansluiten bij een project tegen voedselverspilling of doneren aan voedselbanken. De laatste jaren ontstaan steeds meer initiatieven en bedrijven die erop zijn gericht om producten in korte ketens af te zetten. Vaak staat daar voor de producent een redelijke vergoeding – en soms zelfs meer dan dat – tegenover.

No Waste Army

Zo is er het bedrijf No Waste Army, ooit ontstaan als ludiek initiatief in coronatijd. Een groep vrienden uit Breda zette ‘reddingsacties’ op voor producten als wijn en bloemen, die door de vastlopende logistiek niet meer op normale wijze af te zetten waren. Daaruit ontstond het idee om breder met buitenbeentjes en overschotten in groenten en fruit aan de slag te gaan, vertelt Mayke de Bruin van No Waste Army.

Het leidde in ruim een jaar tijd tot het opzetten van een korte voedselketen, waarin de focus ligt op zowel bestrijding van voedselverspilling als het tegengaan van waardevernietiging, legt De Bruin uit. “We luisteren naar het verhaal van een teler die met een overschot of buitenbeentjes zit en zoeken daarbij een producent die van het gewas een lang houdbaar product kan maken.” De organisatie stelt hieruit foodboxen samen met producten als soepen, pasta’s, sappen en jam. Elk kwartaal verstuurt No Waste Army naar duizenden adressen foodboxen met producten als aardappelbier, tomatenketchup, knolselderijpasta en appeljam.

Wij doen ons best om een zo groot mogelijk volume af te nemen van de oogst die niet voldoet aan strenge cosmetische eisen

“We zijn in september 2023 begonnen met 4.000 boxen en hebben er in juni al 15.000 kunnen versturen”, vertelt De Bruin. Het bedrijf neemt dan ook graag grote volumes af van telers om de vele foodboxen te kunnen vullen. Vaak komen adressen via via op hun pad. Ook houden ze oogsttijdstippen in de gaten om aan voldoende gevarieerde producten te komen. De Bruin: “Daarbij doen we ons best om een zo groot mogelijk volume af te nemen van de oogst die niet voldoet aan strenge cosmetische eisen.”

Vanaf 2.000 tot 3.000 kilo zijn de volumes dusdanig dat No Waste Army ze goed kan verwerken. Inmiddels zijn vele producenten geholpen met de afzet, zoals de 117.000 kilo te kleine gele uien van Bastiaan Blok in Swifterbant (zie kader 117.000 kilo te klein), 8.000 kilo afwijkende biopompoenen van Ivar van Dorst in Etten-Leur en 300.000 biologische knolselderij met deukjes van Ted en Nicoline Vaalburg in Zuid-Schermer.

Streven naar een eerlijke prijs

Afzet via No Waste Army levert telers soms meer op dan afzet in het reguliere kanaal. Een betere prijs is niet de opzet, maar wel een mooi neveneffect. De Bruin: “We streven naar een eerlijke prijs en gaan daarom altijd het gesprek aan met de teler.” Het verhaal over het waarom van het buiten de boot vallen van gewassen en fruit kan dan helder aan de consument worden gecommuniceerd.”

Als belangrijkste eis stelt No Waste Army dat het voedsel veilig moet zijn. Verder zijn alle formaten en vormen welkom. In de praktijk blijkt dat soms een struikelblok: uniformiteit is vaak nodig voor de verwerking. De Bruin: “Snij- en schilmachines eisen bepaalde afmetingen. We hebben de uien van Blok bijvoorbeeld voor een deel naar verwerker Kesbeke kunnen afzetten, maar daar bleek het schillen van kleine uien nog best lastig.” No Waste Army hoopt zichzelf uiteindelijk te kunnen opheffen, zegt De Bruin: “Als retailers hun eisen minder scherp maken en tegelijkertijd producenten erin slagen om eigen netwerken op te zetten, zou dat moeten kunnen.”

De Groente- & Fruitbrigade

Tot die ideale wereld is gerealiseerd, is er nog een belangrijke partij die de overschotten en buitenbeentjes goed kan gebruiken: de voedselbank. In Nederland zijn zo’n 200.000 mensen afhankelijk van de voedselbank voor hun dagelijks eten. Die heeft 177 uitgiftepunten door heel Nederland.

Afbeelding Vrijwilligers van de Groente- & Fruitbrigade helpen mee bij de oogst van rode kool. Foto: Groente & Fruitbrigade

Sinds zes jaar probeert de Groente- & Fruitbrigade wekelijks voldoende verse groenten en fruit bij elkaar te krijgen voor alle klanten bij de voedselbank. Boeren en handelsbedrijven doneren of werken mee aan acties, de brigade zorgt voor de inzameling en verspreiding over de uitgiftelocaties. “We zijn begonnen in Poeldijk met een paar vrijwilligers en een heftruck”, vertelt bestuurslid Mary van Hoek-Hendriks. “Inmiddels zijn we gegroeid van 255.000 kilo groenten en fruit naar 3,5 miljoen kilo per jaar.”

In totaal is in zes jaar tijd al 10 miljoen kilo aan de voedselbank geleverd. De organisatie werkt vanuit locaties in Poeldijk, Venlo en Nagele. De eerste twee zitten dicht op telers en handelsbedrijven in kasgroenten als paprika’s, tomaten en komkommers. De locatie in Nagele is vooral gericht op aardappelen, uien en vollegrondsgroenten zoals wortelen. Zowel akkerbouwers als handelsbedrijven kunnen gewassen en fruit doneren. Klanten van de voedselbank kunnen hierdoor gezonder eten, en het leidt tot minder voedselverspilling.

Inmiddels zijn we gegroeid van 255.000 kilo groenten en fruit naar 3,5 miljoen kilo per jaar

De brigade zorgt voor de distributie naar de landelijke voedselbanken. “Daar staat voor de telers en handelaren geen vergoeding tegenover, maar we willen het proces voor hen wel zo soepel mogelijk laten verlopen. Daarom komen we de producten halen als dat wenselijk is, en we komen zelfs meeoogsten met vrijwilligers.” Ook hier is het streven naar grote volumes: wie een paar kratten over heeft, kan terecht bij een lokale voedselbank. De kracht van de Groente- en Fruitbrigade is het centraal distribueren, waarbij tot 100.000 kilo verwerkt kan worden. Zulke grote volumes komen voor als het op grote schaal misgaat met de oogst of teelt van een bepaald gewas, zoals vorig jaar met spinazie het geval was. Soms blijven oranje paprika’s over na een groot sportevenement. Bij het doneren stelt de organisatie twee eisen: 90% van de geleverde producten moet goed zijn, en de versheid moet nog een week zijn gegarandeerd.

Poule van adressen

In totaal is er een poule van veertig tot zestig adressen van telers en handelsbedrijven die wisselend producten leveren aan de voedselbank. Het kan van alles zijn, zegt Van Hoek-Hendriks: “We zien veel tomaten, paprika’s en komkommers voorbijkomen. Ook uien, aardappelen en wortelen. Het voordeel daarvan is dat we die langer kunnen bewaren.” Onder de vaste leveranciers zijn veel handelsbedrijven. “Zij hebben vaak partijen over. Sommigen kiezen nu bewust voor de voedselbank, waar ze eerder nog commerciële afzet zochten voor restpartijen.”

Share this

Afbeelding
Petra Frans

freelance redacteur

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin