Vlaanderen heeft een GMO-zaak verloren voor het Gerecht van de EU en moet 4,1 miljoen euro terugvorderen van producentenorganisatie Greenbow.
De zaak heeft gelijkenissen met de Nederlandse FresQ-zaak en draait om erkenningscriteria voor GMO. Greenbow vertegenwoordigde in de jaren 2007 tot en met 2010 de coöperaties Greenpartners (later BelOrta), New Green, Green Diamond en Green Farm.
Greenbow had de logistiek, de bewaring, de verkoop en de levering van de producten aan dezelfde leden uitbesteed. Vlaanderen kon echter niet aantonen dat Greenbow de uitvoering van de uitbestede activiteiten daadwerkelijk had gecontroleerd. Er was niet meer dan een verklaring van een oud-directeur over bijvoorbeeld het wekelijks overleg in een prijscommissie. Greenbow kon niet met schriftelijke verslagen laten zien dat deze commissie op initiatief van Greenbow prijsoverleg had. Een mondelinge verklaring is volgens het Gerecht niet voldoende. Er moet schriftelijk bewijs zijn dat de producentenorganisatie zelf een stuwende rol speelt in het kader van de afzet van de producten van haar leden en dat de gedecentraliseerde activiteiten daadwerkelijk zijn gecontroleerd.
Verder blijkt weer eens dat detachering van personeel door leden niet ongevaarlijk is. Eerder ging het bij FresQ op dit punt ook al mis, zegt advocaat GMO-recht Eric Janssen van bureau Dirkzwager. Dat de directeur werd bijgestaan door drie voltijdse personeelsleden afgevaardigd door de leden, kon Greenbow ook al niet helpen. “Op geen enkele manier was aangetoond dat de gedetacheerde personeelsleden onder het gezag van Greenbow en niet onder het gezag van de leden werkten.”