In Nederland zijn vijf tomatentelers erin geslaagd een ToBRFV-besmetting te bestrijden. De tuinders telen op 39 hectare in Zuid-Holland.
Dat blijkt uit een nieuw voortgangsverslag over de aanpak van het tomatenvirus ToBRFV in Nederland. Daarin maakt de Nationale Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) ook melding van een succesvolle bestrijding van het ToBRFV-virus bij een Nederlandse plantenkweker.
Nieuwe besmettingen
De NVWA meldt nog steeds nieuwe besmettingen. Het aantal teeltbedrijven dat nu officieel onder toezicht staat is 23. Dat komt neer op 468,1 hectare in totaal. Het is mogelijk dat deze 23 bedrijven ook al vrij zijn van besmetting, maar dat dit nog niet uit een hercontrole is gebleken. Dat moment is altijd zes maanden na herplanting van de nieuwe teelt.
Bovendien is een onbekend aantal besmette tomatenbedrijven (deels) overgestapt op een andere teelt. Als zij terug schakelen naar tomaten of paprika, moet toch nog een hercontrole plaatsvinden. NVWA kon niet verduidelijken hoeveel ‘omschakelkassen’ ook in dat areaal van 468,1 hectare zitten.
Groot NVWA-onderzoek plantenkweker
Bij een plantenkweker heeft de NVWA uitgebreid onderzoek gedaan nadat afgelopen zomer bij twee tomatentelers jonge planten waren gevonden met ToBRFV. NVWA vond op het opkweekbedrijf voor jonge planten twee besmette partijen. Niet duidelijk is of het om één locatie ging.
Vier teeltbedrijven worden naar aanleiding van deze vondst extra onderzocht. Zij ontvingen jonge tomatenplanten van deze partijen. Niet duidelijk is of zendingen planten vernietigd zijn, en ook of export nog mogelijk was. Eén van de maatregelen is dat partijen jonge planten naar Nederlandse tomatentelers mogen als zij daarvoor toestemming geven, blijkt uit het voortgangsverslag van de NVWA.
Zaadspoor leidt tot niets
De NVWA stelt in dat rapport dat de besmettingen op Nederlandse teeltbedrijven nog altijd niet herleid zijn. Op de meeste besmette bedrijven is zaad onderzocht in traceringsonderzoek. Bij vier verschillende partijen leidde dat tot een ToBRFV-vondst in zaad, maar er kan niet vastgesteld worden dat zaad ook de oorzaak was van die uitbraak. Daarvoor is nader onderzoek nodig (sequencing) en dat is volgens de NVWA niet altijd mogelijk.
In Nederland zijn waarschijnlijk drie verschillende besmettingen geweest van verschillende ToBRFV-stammen, dus mogelijk drie routes. Of die besmetting via zaad liep is dus onduidelijk. Het virus was waarschijnlijk al voor 2019 in Nederland aanwezig.
Hoge kosten
NVWA meldt verder dat opbrengstverliezen bij Nederlandse teeltbedrijven sterk variëren. Dat ligt tussen een paar procent en 30%. Een onbekend aantal keren is ook de teelt vervangen. Voor extra afvoermaatregelen moet een teler snel rekenen op 5.000 tot € 10.000 per hectare, bovenop extra hygiënemaatregelen.