Verpachters zijn ontstemd over een forse belastingverhoging. De waardering van gronden in verpachte staat is door de Belastingdienst verhoogd van 50 naar 60%. Op basis hiervan wordt de vermogenrendementsheffing berekend over de grond in belastingbox 3. Dit nieuwe tarief geldt voor het belastingjaar 2018.
Jan Willemink, voorzitter van de werkgroep Pacht van rentmeestersorganisatie NVR, is onthutst. Volgens hem zijn veel verpachters nu meer kwijt aan belasting dan ze aan pachtopbrengst binnenkrijgen. “Dat is ordinaire diefstal door de staat.” Volgens hem zal de belastingverhoging ertoe leiden dat eigenaren hun grond liever verkopen dan verpachten. Dat zou een verdere achteruitgang van het areaal reguliere pacht betekenen. “En dat terwijl eigenlijk iedereen het instituut pacht juist wil behouden.”
Belastingverhoging genadeklap voor reguliere pacht
De verhoging is gebaseerd op een onderzoek door Wageningen UR. Daaruit blijkt dat de grondprijs van regulier verpachte grond gemiddeld 60% is van de waarde in onverpachte staat. Het onderzoek bestond uit analyse van een database en een enquête onder deskundigen. Uit de database-analyse blijkt dat grond die in verpachte staat wordt verkocht, gemiddeld 66% opbrengt van de waarde in onverpachte staat. Daarbij geldt dat de opbrengst wat lager is als de koper zelf weer verpachter wordt, en wat hoger als de zittende pachter de grond overneemt.
Berend Pastoor, directeur van de Federatie Particulier Grondbezit (FPG), noemt de belastingverhoging ‘de genadeklap voor de reguliere pacht’. Vorig jaar was hetzelfde WUR-rapport al basis voor eenzelfde voorstel. De FPG herkent zich niet in dat onderzoek. Vorig jaar lukte het nog na een intensieve lobby het voorstel tegen te houden. Nu is dat niet gelukt.
FPG overweegt leden op te roepen bezwaar te maken
De FPG wil snel overleg met de ministeries van LNV en Financiën en beraadt zich op stappen. Een mogelijkheid is om de leden op te roepen bezwaar te maken tegen belastingaanslagen, aldus Pastoor. Hij stelt vast dat de verhoging ‘haaks staat op het overheidsstreven om reguliere pacht in de benen te houden’.