Het toezicht op ziekteverwekkers in groente en fruit moet beter. Dat concludeert de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV), maar ook de sector.
De werkwijze voor microbiologische monitoring kan beter. Dat is een van de aanbevelingen uit een evaluatie van 5 jaar microbiologie Food Compass, het private monitoringssysteem voor voedselveiligheid in groente en fruit.
Verschillende partijen gebruiken verschillende methodes voor monstername en onderzoek op microbiologische besmettingen. “Harmonisatie op gebied van microbiologische monitoring in de sector en door de overheid is nodig”, zo luidt een van de conclusies.
Uit die evaluatie concludeert GroentenFruit Huis dat teelt, handel en verwerking van groente en fruit succesvol zijn in de aanpak van het beperkte risico op ziekteverwekkers.
Kritiek op Food Compass en NVWA
Het rapport over 5 jaar Food Compass kwam donderdag 20 juni op dezelfde dag uit als het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) waarin een aanscherping van het voedselveiligheidsbeleid wordt voorgesteld.
Daarin maken de onderzoekers wel melding van Food Compass, maar stellen dat het private systeem beperkt gericht is op microbiologische risico’s, maar meer op residuen van gewasbeschermingsmiddelen.
Volgens de onderzoekers is Food Compass een systeem dat wel vroegtijdig waarschuwt, maar beperkt systematisch opkomende risico’s of trends in beeld brengt.
Hoewel Food Compass in beperkte mate monitort op ziekteverwekkers als E.coli, gaat NVWA wel uit van de uitkomsten van Food Compass onderzoek. Mede op basis daarvan concludeert de NVWA dat de risico’s van ziekteverwekkers op groenten en fruit bij Nederlandse telers beperkt zijn.
De OVV zet daar vraagtekens bij, ook bij RIVM-onderzoek met dezelfde conclusie overigens. GroentenFruit Huis herkent zich niet in die kritiek.
Meer sturen
Het private programma Food Compass is vanaf deze week ook aangepast. Het aantal monsternames neemt niet toe, wel wordt meer gestuurd naar risicoproducten of herkomsten.
De resultaten van het onderzoeksprogramma zullen per kwartaal beschikbaar komen voor het Food Compass deskundigenpanel. Dat panel beslist waar meer en minder monsters nodig zijn.
In 5 jaar tijd is een aantal microbiologische incidenten onderzocht door Food Compass en verbeteringen doorgevoerd op de betreffende teeltbedrijven. Toch is het vinden van de bron van de besmetting lastig. In het overgrote deel van de gevallen werd dit pathogeen in vervolgmonsters niet meer teruggevonden.