“In alle vakken, totaal 3.500 m2, zijn we van ’s morgens tot ‘s avonds snijbonen aan het plukken”, zegt bladgewassenteler Gert Kooijman in Ridderkerk.
“De eerst gezaaide vakken van de snijbonen staan er iets ‘geleefd’ bij door de vele malen dat we daar al hebben geoogst. Het oudste bonengewas heeft wel gele bladeren, maar willen we toch zo lang mogelijk laten staan om de laatste bonen ook te plukken. Want we willen meedoen met de prijspiek in oktober.” Afhankelijk van het weer gaat de snijbonenteelt door tot eind oktober. “Met een mooie nazomer is dat goed haalbaar.” Eind juni zijn de laatste bonen gezaaid. “Dat is redelijk laat. Als we nog later zouden zaaien, missen we productie.”
Tot nu toe is de teler tevreden over de productie en de prijs. Iedere week heeft hij mooie snijbonen van goede kwaliteit geoogst, zonder al te veel misvormden. “Ondanks het vele plukwerk hebben alle snijbonen op tijd kunnen oogsten.”
Spint- en tripsplaag in de snijbonen
In de snijbonen is er wel spint- en tripsplaag geweest. “We proberen alles biologisch op te lossen, maar op een gegeven moment lukt dat niet meer. Net als tegen de zwarte bonenluis hebben we tegen spint en trips pleksgewijs met het biologische middel Siltac gespoten.” Na het spuiten zijn er weer galmuglarven Aphidoletes aphidimyza en roofmijten Phytoseiulus persimilis uitgezet. In totaal zijn er dit seizoen 9.000 galmuglarven en 10.000 roofmijten uitgezet. “Hiermee houden we de plagen rustig, maar de schade is natuurlijk al gedaan. We zijn nog niet 100% spintvrij.”
Volgend jaar wil de bladgewassenteler door een preventieve aanpak de plagen zien te voorkomen.
Krul- en platte peterselie
Vanaf half augustus zijn er in de peterselie trips gesignaleerd, die witte stippen (prikplekken) op het blad geven. Tegen trips is een keer met Siltac gespoten. “Na een week zagen we hetzelfde schadebeeld van trips terugkomen. Mogelijk komt dat omdat we de peterselie op onkruiddoek telen en we de trips die daaronder zit niet bestrijden. Nu spuiten we na de oogst, als er alleen ‘stokjes’ van de peterselie staan, met Tracer. Dat helpt goed.” Met warme dagen is de peterselie na 11 tot 14 dagen weer hergroeit en oogstbaar.
Van krulpeterselie worden meer kilo’s geoogst, omdat deze zwaarder is dan platte peterselie.
Teelt van frisee is zorgenkindje
“De teelt van frisee is dit seizoen ons zorgenkindje, vanwege de smet en randvorming. Door weinig afzet van dit product blijft het gewas langer in de kas staan. Door het warme weer krijgen we dan kwaliteitsproblemen.” Ook in de zomer heeft de teler veel moeten onderfrezen, omdat er geen vraag naar frisee was. “Het gewas oogsten en voor de klok veilen leverde in het voorjaar al niet genoeg op om de kosten van het oogsten te dekken. Met onze kroppen van 300 tot 400 gram kunnen we niet concurreren met de Belgische frisee van 500 gram per krop.”
In week 40 wordt het laatste vak met frisee geplant. “We houden het vooraf geplande plantschema aan en hebben besloten de bestellingen bij de plantenkweker niet te cancelen. We willen de vaste kleine klanten toch blijven beleveren. Wellicht trekt de vraag en de prijs nog aan.”
Auteur: Harry Stijger