‘Van begin tot eind een mooie aardbei’

“Van begin tot eind mooi”, vat Jan Pertijs zijn mening over de doordrager Triumph samen. Het ras van Plant Sciences viel zes jaar gelden geleden in positieve zin op tussen honderden andere rassen en selecties die op het proefveld in Etten-Leur werden gevolgd.

Inmiddels staat de doordrager bij Pertijs op 12 hectare. Ook staat hij bij Stef Buiks in Rijsbergen. Hij vertelt hoe het bevalt.



Buiks heeft dit jaar zijn stellingen (onder hoge kappen) volgelegd met de doordrager, met 50.000 frigoplanten per hectare. Dat komt neer op zes planten per strekkende meter. Voorheen stonden op deze stellingen altijd twee plantingen met verse teelten Elsanta. “Het is de bedoeling de hele zomer gelijkmatig door te gaan met plukken” voert Buiks als reden voor de omschakeling aan.



De teelt startte begin april, na de laatste vorst. Begin juni kwamen de eerste voorlopers, vanaf begin juli kwam de productie goed op stoom. Inmiddels is het gewas bezig met de opbouw naar de tweede vlucht terwijl de productie wel gewoon blijft doorgaan. Het is de bedoeling door te gaan met oogsten tot aan het einde van het seizoen.

Zoeken naar plantdichtheid

Met vijf stuks per vierkante meter bij Buiks is het gewas niet overdreven massaal, ondanks dat Triumph van nature een gemakkelijke ‘bladmaker’ is en er vanwege het late voorjaar ook ruim de tijd heeft gehad. “We zien ook plantingen waar we misschien meer bloemen tellen dan we eigenlijk zouden willen, geeft teeltdeskundige bij The Greenery Klaas de Jager aan.  Vooraf werd vermoed dat voor de plantdichtheid op stellingen zes à zeven stuks per lopende meter het best passend is. “De voorzichtige conclusie is nu dat zes planten per lopende meter het beste is.”



Het is in ieder geval niet de bedoeling allerlei kunstgrepen op het gewas los te laten om het aantal bloemen in de hand te houden, in de vorm van tussentijdse trossnoei en het verwijderen van bloemen. “De noodzakelijke gewashandelingen moeten beperkt blijven tot ontbloemen en ontranken  na het uitplanten en later maximaal één keer opschonen. Daarom willen we naar een planttype dat na het ontbloemen goed in balans is. Dat is een leerproces. We zien dit jaar bij sommige deelnemers een plantontwikkeling die je liever wat anders zou zien. We hebben bijvoorbeeld ervaren dat het gewas gemakkelijk vegetatief blijft na vroeg planten, gevolgd door een lange donkere periode. Komt de vorming daarna op gang, dat gebeurt dat direct te massaal. Dat wil je voorkomen, het is de kunst dat op een praktische manier voor elkaar te krijgen.”

Meer planttypen

Een aspect daarbij is dat de huidige Triumph voor het overgrote deel bestaat uit in Californië opgekweekte frigoplanten. In een enkele kasteelt staat Triumph. Voor 2014 wordt eveneens gebruik gemaakt van planten uit Californië-materiaal, aangevuld met een groter aandeel frigo’s tray- en minitrayplanten die in Nederland worden opgekweekt (van de Elzen). Frigoplanten zouden gezien het planttijdstip goed passen voor de teelt op stellingen, omdat een snelle start van de beworteling niet nodig is. “Uiteindelijk is het de keus van de telers: een overweging kan zijn trayplanten op te zetten om zo een hogere productie in het begin te realiseren. De kennis daaromtrent zijn we nu ook aan het vergaren. In bijeenkomsten voor onze telers komt dat ook aan de orde.”

Warmte deert weinig

Tijdens de screening van Triumph in de afgelopen jaren had het ras nog niet zulk warm weer gehad als waaraan het de afgelopen weken werd blootgesteld. Gebleken is dat het gewas daar vrij goed tegen kan: “Triumph heeft graag wat warmte, ook al bij de start van de teelt”, aldus De Jager  “De vruchtmaat heeft er ook veel minder onder geleden dan bij Elsanta het geval is: het percentage 30/35 is bij de meeste telers dan ook op een goed niveau gebleven. Dat zagen we ook terug in de aanvoer.”



Het plukinterval is vanwege het warme weer wel aangescherpt. Het was de bedoeling om twee keer per week te plukken, of steeds twee dagen tussen de plukbeurten te houden. “Buiks: “Dat redt je nu niet; we plukken nu om de dag, maar wel steeds met een mooi productie per oogstronde. Ik zie het tot op heden wel zitten.”

Combinatie met Sonata

Voor de teelten onder glas zal de nadruk waarschijnlijk liggen op trayplanten en minitrayplanten, bij de start van de doordragerteelt in mei. Dat is dan na een vroege teelt met Sonata, in de visie van Greenery-man De Jager. “Dat ras komt het meest voor die vroege teelt in aanmerking. Sonata is van alle courante vroege rassen het breedst inzetbaar, van supermarkt tot het topsegment. In combinatie met een ras als Triumph verminder je ook de piek in het huidige aanbod van de doorteelt.”

Goed onder glas

In de kas bij Jan en Nancy Pertijs in Etten-Leur staan acht trayplanten per vierkante meter. De pluk startte rond 20 juni, inmiddels is de eerste productievlucht achter de rug. De tweede productieronde lijkt er vlot op aan te sluiten. Anderhalve week geleden werd om de dag geplukt. Volgens Pertijs was de plukprestatie tot op dat moment vergelijkbaar met die van Elsanta. “Over het hele seizoen gezien zal de prestatie vermoedelijk iets lager uitkomen”.



De gevoeligheid voor meeldauw lijkt volgens hem kleiner dan van Elsanta. “Je moet er wel rekening mee houden dat de teelt langer duurt. Dat houdt in dat je moet starten met een schoon gewas, dat is voorwaarde.” Gunstig is wel dat biologische bestrijders het relatief goed doen, omdat er voldoende tijd is voor een goede opbouw van de populatie.” Over de houdbaarheid van Triumph: “die is gelijk of beter”.

Door Joost Stallen