‘Tussenplanting voor betere vruchtkwaliteit’

Jan Meijs in Sprang-Capelle is bezig met voorbereidingen voor de komende tussenplanting, bij de vroegste teelt Mystica van plantdatum 19 december.

Onderin het gewas worden ranken weggesneden. “Om te zorgen dat er licht in het gewas kan komen, en zodat er straks genoeg plaats overblijft voor de jonge planten.”

Vorig jaar is hij voor het eerst begonnen met tussenplanten. “De laatste weken van de teelt wordt de vruchtkwaliteit toch iets minder. Voorheen werd de klasse 2 ook nog wel betaald, maar de laatste jaren is dat niet langer meer zo. De klant wil geen kromme vrucht of stekvrucht meer. Alleen nog maar 35ers en 40ers van goede kwaliteit.”

Vruchtbaar gewas

De productie van de Mystica is tegengevallen. “Het is steeds te koud, waardoor het gewas te vruchtbaar wordt. Dat is een kwaal bij een vroege planting. Vorig jaar ging het als een speer, maar nu is het te koud. We lopen 7 tot 8 komkommers achter.” Helaas werd dat laatste niet gecompenseerd door hogere komkommerprijzen.

Het is in week 13 nog steeds lastig, met elke nacht nog vorst. “Overdag gaat het scherm laat open en al vroeg weer dicht, waardoor je weinig licht in de kas hebt. En de hele nacht onder een vochtig scherm is ook niet goed voor het gewas.” De productie is laag. “Maar er hangt wel heel veel jong vrucht in de kop. We hopen die in de tussenplantingsperiode te kunnen snijden.”

Gewas stevig houden

Om de laatste komkommers er nog zo snel mogelijk af te krijgen, houdt hij een nachttemperatuur aan van 20 graden Celsius en overdag 21 graden. Hij lucht op 21,2 graden Celsius en in de namiddag op 24 graden.

Bij de watergift probeert hij 35 procent drain te realiseren, al houdt hij daarbij de EC met nog steeds op peil door 2,7 EC mee te druppelen. “Je wilt het gewas steviger houden. Daarom is het nu ook geen tijd voor een lichtverlaging.”

Getopte plant

Als jong gewas gaat er een getopte plant van het ras Roxanne terug komen. “Roxanne heeft groeikracht genoeg om te toppen. En we hebben nu voor het eerste jaar nog geen virus in deze tijd van het jaar. Anders zouden we de bontvirusresistente Bonifacio gezet hebben. We gaan daar wel een proefje van tussen zetten, om te kijken hoe hij het doet in de zomer. Vorig jaar heeft hij in de herfstteelt gestaan. Daar is hij ons goed bevallen. De kwaliteit is beter dan de eerste generatie virusresistente rassen zoals Bonbon en Bonaire.”

Preventief inzetten tegen spint

Van schimmelziektes heeft het gewas geen last. Bij de plagen is het beetje wittevlieg te verwaarlozen. In de afdeling het eerste spint op kwam zetten is die nu weer 100 procent onder controle. “Maar waar ik later pas spint kreeg, daar is het lastiger. Daar is het nog niet goed in evenwicht. Het blijkt dat we beter al eerder preventief in hadden kunnen zetten, in plaats van te wachten tot we wat zagen. Dat is achteraf toch niet goed. Je raakt dan te snel achterop.”

Op groei blijven sturen

De 3 januari geplante Proloog blijft ook een beetje ‘houterig’ staan. “Het gewas wil daar ook nog niet echt groeien, en blijft dun staan, al blijft het daardoor wel mooi open. We zitten nu te wachten tot het buiten groeizaam weer wordt. In april kan dat ineens hard gaan.

Tot die tijd doen we er alles aan om op groei te blijven sturen: de buistemperatuur zo laag mogelijk houden en niet te veel tussenbuis. Maar het blijft heel lastig met die koude nachten, en overdag een schraal klimaat doordat je met zon weer flink moet luchten.”

De kwaliteit is wel erg goed, waarbij ook de oogstprestaties hoog liggen in het open gewas.

Afhankelijk hoe goed de spint in de komende periode onder controle valt te krijgen, beslist Meijs of hij bij de Proloog rond 8 mei gaat tussenplanten bij de Proloog, of dat hij voor een volledige teeltwisseling rond 21 mei kiest.