Doorgaan naar artikel

‘Tuinder weet best wat duurzamer kan’

Wat duurzaam is en wat niet, daar pingpongen tuinders en milieuridders al decennia lang over heen en weer. Maar eigenlijk weten we het best.

Parijs beheerst het nieuws en dat zal ook de komende drie weken niet minder worden, want van 30 november tot en met 11 december vindt daar de Klimaattop van de Verenigde Naties plaats. De 21ste jaarlijkse klimaattop. Maar wel eentje die iets extra’s heeft. En dus zullen we weer worden doodgegooid met de term duurzaam.

Een modewoord kun je het in elk geval niet meer noemen. Het wordt al minstens een kwart eeuw in de mond genomen als synoniem voor milieuvriendelijk. De eerste keer dat ik in de tuinbouw enige opwinding rond het woord bespeurde was toen in het Westland de toen nog zeven gemeenten een kaartje tekenden met daarop voor sommige gebieden de aanduiding ‘duurzaam glas’.

Dat betekende voor de gebieden met dat kleurtje – en dat snapte elke tuinder – dat daar nu en in de toekomst de bestemming glastuinbouw zou blijven gelden. Duurzaam glas betekende dat de gemeente met die polder voorlopig niks anders van plan was.

Vol te houden

Maar door het gekrakeel heen over waarom dit hoekje wel en dat hoekje niet ‘duurzaam’, klonk ook al gemompel over hoe duurzaam al dat glas nu en in de toekomst dan wel was. Duurzaam in de betekenis die het woord nu gemiddeld genomen nog heeft: iets dat zo is georganiseerd dat het tot in lengte van jaren is vol te houden en kan blijven duren.

Hoe moeilijk het is om het eens te worden over wat ’tot in lengte van jaren is vol te houden’, blijkt wel uit de moeizame klimaattoppen in het verleden. De Kyoto-akkoorden gingen volgens velen al niet ver genoeg, maar waren desalniettemin ook weer veeleisend genoeg om massaal overschreden en met voeten getreden te worden, zelfs door landen die oprecht hun best deden om maatregelen te nemen. ‘Kopenhagen’ een paar jaar geleden was zo’n mislukking dat het het imago van de Deense hoofdstad als zodanig nog steeds een heel klein beetje dwars zit. En dan nu ‘Parijs’.

Verstookt en gespoten

Het zal er niet over de glastuinbouw gaan. En toch ook weer wel. Want de Nederlandse glastuinbouw mag zich misschien ‘best wel duurzaam’ noemen en vinden. En op allerlei puntjes klopt dat. Elke groentetuinder is in mijn boekje bijvoorbeeld per definitie duurzamer dan elke vleesveehouder. Maar wie probeert te berekenen hoeveel kuub gas er de afgelopen vijftig jaar in die Nederlandse groentekassen is verstookt en hoeveel gif (om langere en meer versluierende woorden te vermijden) er in is rondgespoten, die wens ik veel succes. Het woordje duurzaam als ’tot in lengte van jaren is vol te houden’ is daar in elk geval níét op van toepassing. Dat weten we allemaal.

Dus in het kader van de aanloop naar ‘Parijs’: wat gaat u volgend jaar duurzamer doen?

Bekijk meer

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin