Eerst moest de tuinder ondernemer worden. Nu huldigt Coalitie HOT het motto ‘Van Ondernemer naar Onderneming’. Hoe professioneler, hoe onpersoonlijker?
Coalitie HOT liet dinsdag van zich horen. In de laatste alinea van het gesprek met Cees Veerman vertelt hij wat over dat motto ‘Van Ondernemer naar Onderneming’. Het komt er op neer dat de tuinder niet meer de baas is, zoals Veerman zelfs letterlijk durft te zeggen: “Er komen bijvoorbeeld risicodragende financiers, waardoor je als tuinder niet meer alleen de baas bent en de rollen binnen het bedrijf veranderen. Professionalisering van bedrijfsvoering en afzet is dan nodig. Deze zaken brengen we bij de ondernemers tussen de oren.”
Bulderend oproer
Iets meer dan twintig jaar geleden brak over dit soort woorden nog de pleuris uit. De suggestie dat een tuinder op zijn eigen bedrijf niet van voor tot achter altijd en overal het laatste woord over zou houden, veroorzaakte toen nog bulderend oproer in zalen volgepakt met honderden van die tuinders.
Tuindertjes, zouden we nu zeggen. Want dat was in de tijd dat het gemiddelde glasgroentebedrijf net anderhalve hectare groot was. Maar wel eigen baas. En meestal nog in hun eentje ook. Hoeveel eenmansbedrijfjes zijn er nu nog?
Brede blik op markt en maatschappij
Die tuinders moesten zichzelf opnieuw uitvinden, was de laatste twee decennia de boodschap: ondernémer worden. Niet alleen maar goed in telen en techniek, maar met ook een brede blik op markt en maatschappij.
Zijn ze dat ondertussen inderdaad geworden? Er wordt alweer wat anders gevraagd: van ondernemer naar onderneming. Nog ietsje minder persoonlijk, zou je kunnen zeggen. Veerman noemt de risicodragende financiers die in die ondernemingen hun intrede zouden komen doen. Wat die almaar grotere ondernemingen ook met zich mee gaat brengen, dat is de manager.
Tuinbouwjongeren op hbo-niveau
Het kan heel goed zijn dat de nieuwe generatie tuinderszonen inmiddels niet meer opkijkt van die ‘rollen’ en ook Coalitie HOT niet nodig heeft om dat ‘tussen de oren te brengen’, zoals Veerman dat omschrijft. Niet huiverig ook voor managers op tuinbouwondernemingen. Want steeds meer van die tuinbouwjongeren (zonen én dochters) hebben op hbo-niveau bedrijfskunde gedaan en ook bedrijfseconomie.
Tuinder als uitstervend ras
Het kan ook als een opluchting worden gezien dat een tuinbouwscholier met groene vingers in zo’n onderneming ook echt túínder kan zijn en meer ook niet hoeft te zijn. Maar toch. De tuinder 1.0 als uitstervend ras. Het kan wat weemoedig stemmen.
Anderzijds, waar de boer en zijn boerderij nog altijd vatbaar is voor positief romantiserende beeldvorming, daar heeft die tuinder van de oude stempel nooit een bijzondere gunfactor gehad. Imago was, is en blijft een punt van zorg voor de glastuinbouw. Daar hoeft de sector die professionaliseringsslag op weg naar ‘Onderneming 2026’ niet voor te laten.