Het gemiddelde glastuinbouwbedrijf met opvolging spreidde de energierisico’s al en wapent zich nu met een variëteit aan maatregelen tegen het voortduren van (te) hoge gasprijzen. Dat bleek bij een landelijke bijeenkomst van Tuinbouwjongeren Nederland.
De tuinbouwjongeren die de hoofdrol spelen in dit verslag zullen de verwijzing naar het album ‘Crisis? What Crisis?’ van Supertramp niet allemaal opmerken. Een Britse toerist in zwembroek zit in een vouwstoeltje, met zijn zonnebril op, op een strandje met achter hem rook uitbrakende fabrieken. Boodschap: het is pas crisis als je je door de omstandigheden slachtoffer voelt. Of was het ironisch bedoeld? Je kunt een crisis ontkennen maar daarmee is ie nog niet weg.
De energiecrisis was op 30 november het thema van de eerste bijeenkomst van tuinbouwjongeren uit alle hoeken van het land. Westland, Oostland, Bommelerwaard, Limburg en Brabant kwamen bijeen bij Anthura in Bleiswijk. Dagvoorzitter Remco de Boer peilde de stemming: wie van de circa 60 tuinbouwjongeren voelde zich door de huidige energiecrisis serieus in de problemen gebracht? 0 handen omhoog.
‘Ja, over 5 jaar zijn wij er nog’
Hoezo energiecrisis? Op de bedrijven waar deze twintigers werken of zelfs al de scepter zwaaien, gaat het ondanks alles nog goed. Ze beamen de vervolgvraag van de dagvoorzitter. Ja, over 5 jaar zijn wij er nog. Maar dit zijn dan ook per definitie bedrijven waar de volgende generatie zich aandient. Een volgende generatie bovendien die na de lezingen door energiedeskundige Martien Visser, tuinbouwlobbyist Eileen de Winter en Anthura-locatiemanager Hans Barendse, zelfbewust de discussie aanging.
Hier zitten allemaal jongeren die met vertrouwen de toekomst tegemoet zien, gesteund door de klaarblijkelijk verstandige toekomststrategie van de vorige generatie. “Wij hebben gas vastgelegd tot 2027”, riposteert tomatentuinder Rob Oosterom, als Remco de Boer nog waarschuwt dat we voorlopig niet van dat dure gas af zijn.
De energie- en warmteopties van Anthura
Spreker en gastheer Hans Barendse illustreert goed hoe een toekomstgericht glastuinbouwbedrijf als Anthura tegen de huidige schokken bestand is: door een heel rijtje energieopties en warmtebuffers beschikbaar te houden. “Ten eerste de kas zelf. Dan de restwarmte van de RoCa-centrale. Met de nieuwe wkk van 3 megawatt hebben we nu 6 megawatt beschikbaar. We zijn aangesloten op aardwarmte van 60 graden als baseload, we hebben warmtepompen en meer dan 5000 zonnepanelen. Uiteraard hebben we ook nog een gasketel.”
Gasinkoop langer vooruit voor meer zekerheid
De oude gasinkoopstrategie van Anthura was voor de voorzichtige teler al herkenbaar: een derde van de gasbehoefte moest 3 jaar vooraf al zijn vastgelegd, nog eens een derde 2 jaar vooraf en de laatste kuubs 1 jaar vooraf. Nu legt het sierteeltbedrijf gas nog langer vooruit vast. Barendse: “Ook al is de prijs wat hoger, we weten wel waar we aan toe zijn. Beter dan je gek te laten maken op een verjaardagsfeestje door een buurman die zegt dat ie voor een paar cent minder heeft ingekocht. Zo ging dat twee jaar geleden nog. Maar nu gaat het niet om centen maar om euro’s.”
Nu besparen, straks waterstof
De maatregelen die Anthura nu neemt zijn even herkenbaar. Ten eerste energie besparen. Naast de drie energieschermen die er al hingen, trekt het bedrijf een extra laag AC-folie. De belichting gaat niet meer met Son-T maar met ledlampen. De teelt moet het ook doen met een lagere temperatuur en ontvochtigers in de kas. Verder komen er nog meer zonnepanelen. Anthura oriënteert zich op aansluiting op de waterstof-backbone die in ontwikkeling is. “De leiding ligt relatief dichtbij voor ons hier in Bleiswijk. We willen een eigen elektrolyse-apparaat kopen en ons klaarmaken om over 3 jaar waterstofgas te kunnen invoeren én afnemen. We zijn al met Gasunie, Stedin en de provincie in overleg over deelname aan een pilot. Als we onze 15 jaar oude gas-wkk gaan vervangen zal dat een waterstof-wkk worden.”
Hekel aan afhankelijkheid
De jongeren in de zaal snappen heel goed dat afhankelijk zijn van 1 optie geen strategie is. Daarom is een meerderheid ook van mening dat het beter is om gevestigd te zijn in een groot glastuinbouwcluster. Hoe meer bedrijven en hoe meer buren – al dan niet uit de tuinbouw – hoe meer mogelijkheden voor uitwisseling.
Ook een afhankelijkheid van de overheid, die voor een toekomstperspectief zou moeten zorgen, zien de tuinbouwjongeren niet erg zitten. “De tuinbouwsector moet zorgen voor zijn eigen perspectief. Zo is het altijd geweest. Daarom staan wij ook niet op het Malieveld.” Aan zelfvertrouwen geen gebrek. De jongere hebben nu al zin in hun volgende landelijke jaarbijeenkomst.
Lees meer over het thema energie via GFactueel.nl/energie/