“Het Sunstream-gewas was nog nooit zo mooi in balans als nu”, zegt teler Janus Kanters van Kleine Kaveling in Haarsteeg (N.-Br.) over de minipruim-trostomaat.
“Er hangen nu 9 tot 10 mooie trossen per plant aan, 1 tot 1,5 meer dan normaal. We hebben ze op 12 gesnoeid. Het is bijna jammer dat we er niet meer aan hebben laten zitten.” Het gewas is heel sterk en er zit veel groei in. “Tot nu toe hebben we geen blad uit de kop weggehaald.” Dat het gewas zo mooi in balans staat, heeft te maken met de voorzichtige start. “We hebben in het begin wat meer op overschot geteeld. De ontwikkeling was daardoor wel trager, maar het is goed gelukt een sterke plant weg te zetten.”
Plant met 3 stengels
In productie liep hij vorige week nog enkele honderden grammen achter op vorig jaar. “Maar als je naar het gewas kijkt, gaan we dat de komende weken ruimschoots goedmaken.” Voor het eerst heeft Kanters dit seizoen een plant met 3 stengels laten aflevere. Dat bevalt tot nu toe prima. “Dit ras geeft moeilijk extra dieven. Nu hoef ik er nog maar een bij te maken. Bij 2 stengels moet je er meer op doorstoken.”
Meer hommels erin
Het warme weer heeft vooralsnog geen miszetting opgeleverd. Uit voorzorg heeft Kanters een paar weken 12 in plaats van 7 tot 8 hommelkasten per week laten komen (op 2,5 hectare). De oogstbare trossen zijn een lust voor het oog. Hoewel ze iets langer aan de plant hangen, kleuren de tomaten goed door en scheuren ze niet, ondanks het hete weer.
Ramen continu open
Met het warme weer van vorige week stonden de luchtramen vrijwel continu 100% open. “We knijpen in de namiddag nog niet op de rv. Het is wel warm maar het klimaat is niet schraal.” De stook- en ventilatietemperatuur staan ingesteld op 13 graden. “Als het weer omslaat, gaan we naar 16 graden in de nacht, 19 plus 3 graden lichtverhoging overdag en 14 graden in de voornacht.”
Leuke onbalansprijzen
Vorige week hield Kanters tussen 3 en 10 uur een buistemperatuur aan van 45 graden om het gewas te activeren en om de buffer voldoende leeg te houden. “We willen tussen 7.00 en 15.00 uur CO2 doseren met de wkk. In de avond of nacht zijn er vaak leuke onbalansprijzen. Daarvan wil ik graag een uurtje meepikken, maar dan moet ik de warmte wel kwijt kunnen.” De wkk is qua warmteproductie eigenlijk te groot voor het bedrijf. Maar produceert wel veel CO2: 200 kilo per hectare per uur.
Flexibele inzet medewerkers
Tijdens de warme dagen starten de werknemers die dieven/draaien al om 5.00 uur. De anderen beginnen om 6.00 uur. “We houden langere pauzes aan, nemen af en toe een ijsje en stoppen al om 14.30 uur met werken. De medewerkers beschouw ik ook als vrienden. Dan houd je het het langst uit met elkaar.” Een punt is wel dat veel van de Poolse werknemers op vakantie zijn. Hij probeert met scholieren de gaten op te vullen. “Ik kan het werk nog goed bijhouden, maar het vereist veel flexibiliteit.”
Macrolophus met rode kont
Wat ziekten en plagen betreft is het nog steeds rustig. “Vanaf het begin hebben we wat spint. Ik heb begin mei een keer met Bornio gespoten en dat heeft goed geholpen, lijkt het.” Verder zet hij wekelijks een paar kokers roofmijten in en de roofwants Macrolophus moet de rest doen. “Je ziet er steeds meer. Ze hebben een rode kont, dus ze eten veel spint.” Wittevlieg is geen enkel probleem. Wel komt hij wat rupsjes tegen. “Maar de kwikstaarten vangen er een hoop en Macrolophus doet waarschijnlijk de rest.”
Veel suiker en Si in jong blad
Bij de watergift heeft hij de ec verlaagd naar 2,8. Andere jaren ging ik soms lager, maar de smaak staat meer dan ooit voorop. Als het weer omslaat gaan we weer terug naar 3.” In de drain vindt hij maar 0,8 mmol kalium terug bij een gift van 5 tot 6 mmol. Van calcium vindt hij 4,5 mmol terug bij een dubbel zo hoge gift. Die lage cijfers in de drain durft hij wel aan. Iedere 2 weken wordt het bladsap geanalyseerd. “Je ziet nu veel suikers in de jonge bladeren. Dat duidt op veel groei.” Ook is het siliciumgehalte erg hoog in het jonge blad. “Daar krijg je sterke, weerbare planten van. Ik kan daardoor minder zwavelen dan andere jaren, maar 2 keer per week.”
Windbreker aan kopgevel
Behalve wat scheurtjes in ruiten is er van de stormschade van 18 januari weinig meer te zien. Aan het gewas is niets meer te zien. De storm was wel aanleiding voor Kanters om een groen doek te spannen langs de kopgevel tussen de nok en de goot. “Het doek dient als windbreker. Twee derde van onze kassen is vanaf de bouw, 25 jaar geleden, al gevoelig voor stormschade bij de kopgevels.”
Auteur: Gerard Boonekamp