‘Tomatenteler niet straffen voor goed gedrag’

Een tomatenteler mocht een verlaagde WW-premieheffing hanteren voor achttien Hongaarse medewerkers.

Een naheffing zou neerkomen op het bestraffen van goed gedrag. Dat stelt de Procureur-Generaal in een advies aan de Hoge Raad der Nederlanden. De teler heeft het lage sectorpremiepercentage landbouw voor WW toegepast op het loon van de werknemers met wie hij mondeling arbeidsovereenkomsten was aangegaan, terwijl de regeling een schriftelijke overeenkomst voorschrijft. De zaak draait om het jaar 2007. Tien van de werknemers bleven tot eind 2009 in dienst.

Zestien van die achttien werknemers zijn daarmee langer dan een jaar in dienst geweest en geen van hen heeft een beroep op de WW gedaan. Toch kreeg de teler een naheffingsaanslag voor de hoge sectorpremie opgelegd omdat de arbeidsovereenkomsten niet schriftelijk waren aangegaan. De Procureur-Generaal stelt dat in dit geval de eis van schriftelijke overeenkomst niet leidend is. De naheffing zou de teler treffen, terwijl hij gewenst gedraag heeft vertoond en de term schriftelijk niet helder wordt uitgewerkt in de wet. De sectormaatregel met verlaagd WW-tarief moet voorkomen dat bedrijven hun werknemers bij seizoensarbeid laten instromen in de WW. Dat is in het geval van de teler niet gebeurd.