Tomaat los

‘Flink blad aan het hakken’

Het gewas bij Pieter van Dijk in Brielle staat er wat zwakker bij, als gevolg van het donkere regenachtige weer. Eerder had hij al geconstateerd dat het nieuwe ras Rebelski een ietsje ruimere plantafstand vraagt, maar zeker met deze weersomstandigheden is merkbaar dat de planten nu iets te nauw staan. “We zitten met de grofheid op 60 procent BBB. Dat is te weinig voor een vleestomaat. Dan moet je toch naar de 80 procent.”
“Gelukkig ben ik half juni al op 3 vruchten per tros gaan snoeien. Om in augustus drietjes te kunnen gaan oogsten. Ik had verwacht daardoor zwaardere vruchten te kunnen oogsten, maar ondanks dat is het dus nu nog niet geweldig grof. We missen daardoor wat vruchtgewicht. De producties zullen dus wel iets tegen gaan vallen.”

Blad wesnijden
Om de gewasgroei in de hand te houden, is hij al een poosje ‘flink blad aan het hakken’. Op ongeveer een halve meter onder de kop haalt hij paraplublad weg, zodat de derde tros van boven direct in het licht komt te hangen. “Je kunt ook direct een kopdief en een blaadje bovenin de kop eruit knijpen. Maar mijn ervaring in het voorjaar was dat dit ras het ging compenseren. Andere bladeren werden toen langer, waardoor de planten alsnog in het blad bleven zitten.”
Met oog op Botrytis vindt hij het lager blad verwijderen ook gunstig. “Bovenin is het nu zo zacht. Ik durf het bij vleestomaat niet aan om daar jong blad en dieven weg te knijpen. Onderin moet je wel iets groter blad weg halen, maar je kunt daar met een mes een vlakke snijwond maken.”
Voordeel is ook dat in het gewas meer zicht ontstaat op ander blad dat nog weggehaald moet worden.

Op vrucht zetten
Aan temperatuurinstellingen hanteert hij een voornacht van 13 graden Celsius en een nanacht van 16 graden. In de laaste paar uren van de namiddag mag de temperatuur naar de 22 graden Celsius.
“Ik heb al in geen tien jaar meer een echte voornacht aangehouden, maar dit ras moet echt op zijn vrucht gezet worden.”
In de ochtend blijft hij koel telen. “Want het is echt slecht weer.”

Meeldauwresistent
Plagen zijn goed onder controle. “We hadden knap wittevlieg zitten, maar die zijn met vangplaten weggevangen. En de Macrolophus doet het ook goed.” Afgelopen jaren kostte het altijd moeite om voldoende roofwantsen in het gewas te krijgen, maar dit jaar is er een goede populatie opgebouwd.
Dankzij het meeldauwresistente ras hoeft hij niet meer zoals voorheen 9 rondjes tegen meeldauw te spuiten. Om andere schimmels geen extra kans te geven met de verminderde bespuitingen, zet hij drie keer per week de zwavelpotten aan.
Nu het zulk nat weer is, zet hij verder preventief Previcur in tegen Phytophthora.

Bron: Groenten & Fruit actueel – Auteur: Peter Visser