Tomaat

“We telen meer op groei dan gemiddeld”

“Het gewas is erg gezond en mooi van kleur. Er zit geen Botrytis in en nagenoeg geen bladrandjes”, zegt Marcel van den Berg in De Lier. “We hebben steeds luchtig geteeld en bij weinig licht vrij lage etmaaltemperaturen van 17,5 tot 18 graden aangehouden. Dat houdt het gewas sterk”, verklaart hij. Het gewas van het ras Brioso, plantdatum 21 januari, staat nu op de eindafstand van 33 centimeter (3,8 stengels per vierkante meter). In week 11, bij mooi licht weer, is een vrij sterke dief aangehouden. Tot half april kon hij vrij hoge etmaaltemperaturen van 20 graden Celsius aanhouden omdat het gewas sterk genoeg was. “Maar je ziet nu de kracht van de bovenste trossen wel wat afnemen. Dat is ook niet zo gek met een plantbelasting van 290 vruchten per vierkante meter. Dat is ongeveer het maximum.”  Deze week heeft hij daarom de etmaaltemperatuur verlaagd naar 19,5 graden.

Productie volgt prognose
Vanaf week 17 start Van den Berg met oogsten van de eerste extra stengel (week 6 aangehouden). “Het zijn heel mooie trossen die op 9 vruchten zijn gesnoeid en 39 tot 40 gram wegen, precies wat we het hele jaar nastreven.” Door de extra stengel zal de weekproductie in een keer 30 procent stijgen van 0,9 kilo per week naar 1,1 tot 1,2 kilo per vierkante meter. Wat later wordt dat 1,5 kilo per vierkante meter. “Als je bedenkt dat we 5 dagen later gezaaid hebben, loopt de productie nog helemaal volgens de prognose.”

Lagere voornacht voor meer kracht
Bovenin het gewas worden al vanaf de vierde tros twee puntvruchtjes weggesnoeid met een maximum trosgrootte van 11 vruchten. Sinds week 10 wordt elke week een klein blaadje uit de kop gehaald tijdens het dieven en indraaien. “We gaan daar zeker tot 1 juni mee door om het gewas open te houden. Dat is wel nodig omdat we meer op groei telen. We houden lagere etmaaltemperaturen aan dan gemiddeld met dit ras.” De voornacht van 12,5 graden duurt nu van 19.45 tot 22.30 uur. De nanacht staat op 17,5 graden plus een graad op lichtsom. Om 9 uur gaat hij naar de dagtemperatuur van 21 graden plus 2 graden op lichtintensiteit en 3 graden op lichtsom.

Beurtgrootte lichtafhankelijk
Om 9 uur geeft hij ook de eerste druppelbeurt. Tot 14 uur wordt bij iedere 85 Joule een beurt van 300 milliliter gegeven (per 2 planten) en daarna bij iedere 120 Joules 220 milliliter. Voor beide beurtgroottes staat een verlaging van 25 procent ingesteld tussen een instraling van 400 tot 700 Watt per vierkante meter. Bij mooi weer wordt tot 18 uur gedruppeld. Het drainpercentage ligt tussen 20 en 28 procent. Hij druppelt met een ec van 3,3 en de EC in de mat is 4,8.

Geen Tuta te zien
In de biologische bestrijding is het rustig. In 4 paden per hectare heeft hij Macrolophus uitgezet die hij bijvoert. “We zien er al behoorlijk veel terug dus we voeren hooguit nog twee weken bij”, verwacht hij. Op plaatsen waar wittevlieg wat toeneemt hangt hij ‘rollertraps’ op van 15 meter  lang. “Tot nu toe hebben we nog niets chemisch hoeven doen.” Bij de eerste berichten over de vondst in Nederland van Tuta absoluta heeft hij in week 11 per hectare 4 deltavallen opgehangen waarvan hij de capsules met feromoon iedere 4 weken vervangt. “Gelukkig heb ik nog geen enkele Tuta gevangen.”

Bron: Groenten & Fruit – Auteur: Gerard Boonekamp