Besluitvorming over toelating van gewasbeschermingsmiddelen komt steeds meer in het politieke domein. Dit jaar zal de toelating van onkruidbestrijder glyfosaat opnieuw aan de orde komen.
De beschikbaarheid van een breed pakket aan betrouwbare en veilige gewasbeschermingsmiddelen blijft een bron van zorg. De verlenging van de toelating van onkruidbestrijder glyfosaat was in 2016 al een heikel politiek punt. De vraag of het middel na dit jaar nog toegelaten zal zijn, wordt dit jaar beslecht. Besluitvorming over toelating van gewasbeschermingsmiddelen komt steeds vaker te liggen bij politici.
Glyfosaat: populair middel
Glyfosaat is een veel gebruikt bestrijdingsmiddel dat populair is, omdat het zo grondig zijn werk doet. Praktisch al het plantaardig leven delft het onderspit, als het met de onkruidbestrijder is behandeld. Door de instanties die erover gaan is het bestrijdingsmiddel tot nu toe nog steeds toegelaten, al zijn er naar aanleiding van de Europese discussie over de toelating vorig jaar wel beperkingen gesteld aan de samenstelling van het middel. De hulpstof tallowamine mag sinds vorig jaar niet meer aan glyfosaat worden toegevoegd.
Dit jaar moet het European Chemicals Agency (Echa) uitsluitsel geven over de vraag of het bestrijdingsmiddel kankerverwekkend is. Als Echa uitsluitsel heeft gegeven, zal de Europese Commissie de vraag opnieuw voorleggen aan het permanent comité voor planten, dieren, voeding en veevoer: kan de toelating voor glyfosaat worden verlengd, of niet? In Nederland speelt de mogelijke kankerverwekkendheid van glyfosaat geen grote rol. Als Nederland op eigen gezag een verbod zou instellen, dan is dat vanwege het risico voor het drinkwater.
Ook andere middelen ter discussie
Niet alleen glyfosaat staat ter discussie. Ook onkruidbestrijder diquat moet opnieuw beoordeeld worden. De kiemremmer maleïne hydrazide (MH) staat eveneens op de lijst van middelen die aan hernieuwde toelating toe is.
Daarnaast zal ook de toelating van neonicotinoïden blijvend onder druk staan, ook al stapelen de overtuigende wetenschappelijke bewijzen zich nog niet op dat het gebruik van neonicotinoïden wezenlijk bijdraagt aan de sterfte van bijenvolken. Insectenbestrijder imidacloprid (ook een neonicotinoïde) levert potentieel gevaar op voor het waterleven en (andere) nuttige insecten. In de atlas bestrijdingsmiddelen in oppervlaktewater voert imidacloprid de lijst aan van middelen die de kwaliteitsnorm het meest overschreden in de stroomgebieden van Rijn, Maas, Eems en Schelde. De glastuinbouw wordt gezien als de belangrijkste gebruiker van imidacloprid.
Gewasbescherming belangrijk voor duurzame productie
In totaal zijn in 2017 zeker tachtig werkzame stoffen van bestrijdingsmiddelen aan hernieuwde toelating toe, blijkt uit een lijst van de Europese Unie. In Nederland zijn ongeveer 200 middelen in 2017 toe aan hernieuwde toelating. Verschillende middelen kunnen dezelfde werkzame stof bevatten.
Ondertussen speelt in Nederland het probleem voor de kleine teelten, die voor de industrie niet aantrekkelijk genoeg zijn om een aparte toelating aan te vragen. Joris Baecke, portefeuillehouder plantgezondheid van LTO Nederland, luidde kort geleden de noodklok in een brief aan staatssecretaris Martijn van Dam. “Het lijkt alsof de staatssecretaris niet door heeft wat de urgentie is”, aldus Baecke. Als Nederland voorop wil lopen op het gebied van duurzame productie, dan is verantwoorde gewasbescherming daarvan een belangrijk onderdeel, vindt hij.