‘Telers konden wanbetaling afnemer niet voorzien’

Het Gerechtshof in Den Bosch stelt in een tussenuitspraak dat zes tuinders in belangrijke mate geen schuld hebben aan financiële schade door een wanbetalende afnemer.

Daarmee volgt het hof in hoger beroep grotendeels de uitkomst van het getuigenverhoor van de zes tuinders. Ze zeggen in 2004 de afnemer gekozen te hebben op basis van onjuiste winstcijfers die het handelsbedrijf overlegde. In februari van dat jaar stemden de tuinders in met levering nadat zou zijn gebleken dat het handelsbedrijf winst maakte van drie ton, terwijl het bedrijf zwaar verliesgevend was.

De teeltbedrijven leidden forse schade in week 27 tot en met 30 van dat jaar toen de betalingen uitbleven. De rechter wil weten waarom de telers zijn gaan leveren aan het handelsbedrijf terwijl er dat jaar allerlei geruchten de ronde deden over het handelsbedrijf. De telers zeggen overtuigd te zijn in een overleg met de eigenaar, een persoon waarin ze ook veel vertrouwen hadden. De eigenaar wilde bovendien een bankgarantie verstrekken.

De rechtszaak moet bepalen in hoeverre de eigenaar van het handelsbedrijf schuld heeft aan de schade. Deze verwijst echter naar het faillissement van een grote afnemer. De rechter moet verder inschatten in hoeverre de schade ook is toe te schrijven aan de telers. Zij vertelden de rechter dat ze tijdens het seizoen moeilijk kunnen wisselen van afnemer. Ze bleven dus leveren, ook toen de schuld boven het bedrag van de bankgarantie kwam. Daarover wil de rechtbank de partijen nog nader horen.