Brabant werd donderdag hard geraakt door een krachtige supercel. Wordt dit soort buien de nieuwe norm in het veranderende klimaat?
door Reinier van den Berg, Meteoconsult
In de media is er al veel aandacht aan besteed. Het extreme noodweer dat donderdagavond over het oosten van Brabant trok. En voor honderden miljoenen euro’s schade heeft veroorzaakt. Boosdoener bij deze bui, een heuse supercel, was in de eerste plaats de extreem grote hagel. Stenen tot 7 a 9 en mogelijk zelfs 10 centimeter in doorsnede zijn neergekomen in een strook over onder meer Luyksgestel, Someren en de regio rond Deurne. De hagel ging ook nog eens vergezeld van veel wind. Daardoor sneuvelden niet alleen daken en dakramen, maar ook ruiten die op gewone (verticale) gevels zijn gesitueerd.
Tornadojacht
We hebben er veel vaker over geschreven. Een supercel is een optimaal georganiseerde onweersbui die mede daardoor een grote kracht en relatief lange levensduur kan halen. Van oorsprong kennen we de supercel vooral uit Amerika. Tornadojagers gaan er in steeds grotere aantallen jaarlijks fanatiek naar op zoek. In de uitgestrekte ‘plains’ van de VS in staten als Texas, Oklahoma, Kansas en Nebraska. In de hoop niet alleen zeer indrukwekkende wolkenluchten te zien en vast te leggen waar iedere supercel meet gepaard gaat, maar ten diepste om ook een tornado te spotten. Op basis van Amerikaans onderzoek weten we dat gemiddeld 1 op de 10 volwaardige supercellen een tornado weet te produceren.
Veel vaker dan eerder gedacht
Met alle kennis die inmiddels beschikbaar is over de supercel, weten we bovendien dat dit speciale type bui niet exclusief gekoppeld kan worden aan Amerika. Met de kennis die ik zelf heb mogen opbouwen over de supercel, mede door de 5 tornadojachten die ik deed in de VS, is me in de afgelopen jaren duidelijk geworden dat een supercel veel vaker voorkomt dan vroeger gedacht. Ook in Europa. En ja, zelfs in Nederland.
Gekantelde stijgstroom
Een supercel is zoals gezegd een zeer goed georganiseerd systeem. Meest kenmerkend is de sterke stijgstroom in de bui die bovendien een roterend karakter heeft. Deze rotatie ontleent de bui aan het windprofiel in de atmosfeer. Verschillen in windrichting en windsnelheid met toenemende hoogte in de buienwolk zijn de basis van deze ronddraaiende beweging. Bovendien staat de stijgstroom in een supercel als het ware gekanteld naar de warme zijde van de bui. Een zeer kenmerkende eigenschap van de supercel is ook de koers. De supercel valt wat betreft trekrichting uit de toon. Het gros buigt met gemiddeld 20 tot 30 graden af van de koers van gewone buien. Overigens zijn er ook supercellen die juist met 20 tot 30 graden naar links afbuigen. Maar dat is een minderheid. Bovendien zijn dat buien die vaak een kortere levensduur hebben.
Hagel in de schoorsteen
De sterke stijgstroom in de gekantelde ‘schoorsteen’ waarin de warme vochtige lucht naar grotere hoogte wordt gejaagd, bevordert de vorming van grote tot zeer grote hagelstenen. Hagelstenen van het formaat zoals afgelopen donderdag in Brabant neerkwamen, kunnen uitsluitend worden veroorzaakt door een krachtige supercel. Zoals gezegd, de meeste supercellen produceren (gelukkig) geen tornado. Dat dit donderdag evenmin lukte, kwam mede doordat de verschillen in windrichting en windsnelheid in de onderste kilometers van d atmosfeer niet extreem waren. Voor tornado’s zijn windverschillen in de onderste kilometers van de atmosfeer van groot belang.
Tuba gisterenavond in mini supercel
Dat de supercel van Brabant zo extreem uitpakte kwam met name door de zeer grote onstabiliteit van de atmosfeer. De combinatie van zeer hoge temperaturen en een zeer hoge luchtvochtigheid waren de primaire brandstof voor de bui. De wind op grotere hoogte deed de rest en zorgde ervoor dat de bui snel kon uitgroeien tot een krachtige supercel. Opmerkelijk genoeg trokken er gisteren in het begin van de avond ook enkele buien over de Benelux met supercel-eigenschappen. Opmerkelijk, omdat de atmosfeer veel minder onstabiel was. Maar de verschillen in windrichting- en snelheid waren voldoende om een paar buien toch opmerkelijke trekjes te geven. Sterker nog, vanuit Wageningen werd een tuba (beginnende windhoos) gesignaleerd rond 10 uur in de avond. Zelf zag ik de zijkant van de bui recht overkomen. En er was zichtbaar rotatie aanwezig in de dreigende lucht. De bui had verder een lange levensduur en een wat naar rechts afgebogen koers. Het ging om een mini-supercel. Weerkundigen spreken ook wel van een low-topped supercel. Een kleine supercel met een relatief lage wolkentop. Niet 15 kilometer zoals donderdagavond, maar bijvoorbeeld maar 5 tot 7 kilometer.
Nieuwe norm?
En dat brengt me terug bij de kop van dit verhaal. Wordt de supercel de nieuwe norm. Om die vraag te beantwoorden moet op 2 deelvragen antwoord worden gegeven. Komen situaties met extreme onstabiliteit (warmte en liefst ook vocht) in de atmosfeer vaker voor? En geldt hetzelfde ook voor windschering, verschillen in wind met toenemende hoogte? Wat betreft de eerste vraag. Ja, in het significant opwarmende klimaat is het redelijk om te veronderstellen dat situaties met grote onstabiliteit (voldoende voor de vorming van supercellen) vaker zullen voorkomen in het ‘nieuwe’ klimaat. In Europa en ook in eigen land. De windschering is lastiger. Meest redelijk is om te veronderstellen dat de wind-omstandigheden niet significant toe- of afnemen. Maar door verdere opwarming nemen de kansen voor de supercel dus wel degelijk toe. En kan extreme hagel in de komende decennia vaker tot ernstige overlast leiden. Vorige zomer was het trouwens ook raak met dit soort hagel. Net niet in eigen land. Maar wel bij de oosterburen. Zelf zocht ik met enkele collega’s een supercel op in Duitsland. Nabij Olpe raapten we hagelstenen op tot 9 centimeter in doorsnede. De schade was er vergelijkbaar met die van Brabant. Ook hier ging het om een krachtige supercel.