‘Stoppen met late Chinese kool? En dan?’

Johan Vissers teelt al jaren Chinese kool, uitsluitend in het najaar en voor directe levering; bewaren is er dus niet bij. Hij startte begin november met de oogst van het ras Storkin, dat hij in drie weken wegsneed.

De teeltoppervlakte is dusdanig dat het oogstwerk volgens de kangoeroemethode verloopt, op de knieën dus, waarbij de kool voor de verse markt direct een in een zakje gaat. Voor de verse markt is een stuksgewicht vereist van 800 tot 1.000 gram, de kleinere en grotere maten worden apart gehouden voor de snijderij.

Prijzen

Begin november ging het nog wel met de prijs, oordeelt Vissers, daarna zakte die. “De prijs van Chinese kool is in november altijd wat mager. Veel telers rijden het product dan in de koelcel, maar als de prijs wel goed is, kiezen ze voor meteen afzetten. Logisch natuurlijk, en ik heb daarom ook wel overwogen om met de teelt te stoppen, maar wat is het alternatief? Eind oktober zijn we klaar met andijvie en sla, dan zoek je naar een gewas waarmee je een paar weken vooruit kan. Chinese kool past mooi. Je weet dat de prijs in november al jaren op 20 tot 30 cent per stuk zit, dat zal niet veranderen. Daar staat tegenover dat we een familiebedrijf hebben: niet oogsten betekent dat je ook niets verdient, dat is een feit.”

20 jaar spitten

Het perceel waar de Chinese kool stond, is gefreesd en blijft de rest van de winter zo liggen. “Laten de weersomstandigheden het toe, dan cultivateren we de grond en gaat er compost op. Vervolgens wordt gespit. Onze percelen zijn niet zo groot, ga je ploegen dan heb je weer relatief veel werk om de grond aan het begin en eind weer goed vlak te krijgen. We spitten zo langzamerhand zo’n 20 jaar, dat bevalt prima. Bovendien zit er een bemestingsunit op de spitter, dus in één werkgang zijn we rond.”

Proef met plantmachines prei

In de wintermaanden is prei het belangrijkste gewas, met de oogst vanaf de week voor Kerstmis tot rond begin/half april. “Zo proberen we het jaar vol te krijgen.” Het ras is Pluston, dat vanaf eind juni tot half juli in drie keer is geplant. Vissers heeft voor dat plantwerk een Fedèle-plantmachine. Deze keer is ook een deel geplant met een Basrijs-plantmachine. “Het is een proef: met de Fedèle wil het nog weleens gebeuren dat de planten krom weggroeien. Ik wil weten of dit met de Basrijs beter gaat. We hebben de verschillende plantingen op het veld gemarkeerd, maar je ziet nu op het oog geen verschillen. We zullen zien hoe het uitpakt op de sorteerband.”

De weggroei van de prei verliep vlot. “Trips was wel even een punt van aandacht, maar dat hebben we met Tracer en Decis onder controle gekregen. De onkruidbestrijding hinderde het gewas ook niet, hoewel we misschien wat meer moesten spuiten dan anderen. In de loop van de teelt aarden we het gewas aan, dan moet je nog een keer terugkomen om te voorkomen dat het gewas daarna in het onkruid schiet. De prei is al met al goed gegroeid, hoewel ik niet het idee heb met een erg rijp gewas te zitten.”

Klembandrooier van 30 jaar

Vissers heeft een Basrijs-beddenrooier om een perceel open te leggen voor de klembandrooier, een Dewulf die al zo’n 30 jaar meegaat. “Die gaat nog als een zonnetje. Ik doe het onderhoud zelf, en heb ooit eenzelfde rooier gekocht. Die fungeert als donor voor onderdelen. Het wassen en sorteren doen we in de schuur. Dat gaat met een eenvoudige lijn, maar wel een die veel vrijheid geeft. Als mijn vrouw en ik met zijn tweeën aan het schonen zijn, gaat het goed, maar met 3 of 6 personen is het ook prima te organiseren.”

Auteur: Joost Stallen