Een woninbouwplan in Westmade weegt op tegen de stikstofuitstoot van de daarvoor gesloopte glastuinbouwbedrijven.
De Raad van State oordeelt dat de gemeente Westland haar stikstofonderzoek goed heeft uitgevoerd door naar de uitstoot van de afzonderlijke bedrijven te kijken. Woningen mogen niet tot meer stikstofuitstoot leiden dan de optelsom van de oude opgekochte glasbedrijven.
Omwonenden hadden bezwaar tegen de stikstofberekening van de gemeente. Zo ging de gemeente uit van 50% warme teelt, werd niet gekeken naar de werkelijke hoogte van gasverbruik, zijn percelen meegenomen waar al vele jaren niet meer wordt geteeld en hebben de kassen sinds de opkoop dienst gedaan voor opslag. De omwonenden vinden dat de gemeente die stikstofuitstoot van opslag mee moet nemen en niet de uitstoot van de teelt. Dat wijst de Raad van State nu echter af. Bewijs met luchtfoto’s dat de kassen zijn gebruikt voor opslag, is er niet.
Te globaal naar stikstofuitstoot gekeken
In een tussenuitspraak in 2022 stelde de rechter nog dat de gemeente te globaal had gekeken naar de stikstofuitstoot van de glastuinbouwbedrijven. Een nieuw onderzoek heeft gedetailleerder gekeken naar de glastuinbouwbedrijven die gesloopt zijn en hun stikstofuitstoot. Daarbij wordt voor glastuinbouw in het berekeningsmodel Aerius overigens met een zeer lage belasting van natuurgebieden gerekend.
De omwonenden vrezen een verhoogde stikstofuitstoot op Natura 2000-gebied Solleveld & Kapittelduinen. Ze zijn vooral bang dat de 500 woningen leidt tot aantasting van hun woon- en leefklimaat door met name de toename van het verkeer en de geluidsbelasting op hun woningen. Bezwaren op dat punt wees de rechter al af.
Koude teelt
De gemeente stelde vanaf het begin van het proces al dat de helft van de opgekochte bedrijven een koude teelt voerde. De rechter stelde in de tussenuitspraak dat de gemeente een conservatievere schatting moet doen als het niet deugdelijker wordt onderbouwd. Dan zouden minder huizen gebouwd kunnen worden. Dat percentage van 50% warme teelt is nu voldoende onderbouwd in nieuw onderzoek, vindt de Raad van State. Ook stelt de rechter dat de gemeente niet voldoende heeft onderbouwd waarom juist deze bedrijven als referentiebedrijven zijn genoemd in het stikstofonderzoek.