De berichten over uitbuiting van Oekraïense vluchtelingen in Westlandse kassen deden me denken aan het spelregelbewijs van mijn zoon.
Onze oudste zoon moest vorig jaar een spelregelbewijs halen om nog mee te mogen doen aan officiële voetbalwedstrijden. De KNVB denkt dat dit de sportiviteit en het begrip voor de beslissing van de scheidsrechter bevordert. Het is een digitale test op een flitsende app/website. Sommigen vinden de test lastig of hebben er gewoon geen zin in. In zo’n geval doet een medespeler of de coach de test. En dan zijn de vinkjes compleet, zodat iedereen weer kan meedoen. Want met de vele coronagevallen in de afgelopen jaren was er soms een nijpend spelerstekort.
Het behalen van het spelregelbewijs mag niet te moeilijk zijn, anders hebben we ook een nijpend tekort aan medewerkers of verantwoord geteelde producten
Certificaat
Bij bedrijven gaat het net zo. Alleen wordt het spelregelbewijs daar een certificaat genoemd. Iedereen werkt zo efficiënt mogelijk vragenlijsten af om aan te tonen hoe milieuvriendelijk, sociaal en hygiënisch hij of zij werkt. Het moet van de leverancier of de klant. Het behalen van het spelregelbewijs mag niet te moeilijk zijn, anders hebben we ook een nijpend tekort aan medewerkers of verantwoord geteelde producten.
Ook binnen onze bank moeten medewerkers allerlei vragenlijsten afwerken om een ‘goed gedrag’-vinkje te krijgen. Dat is nodig om toezichthouders tevreden te houden. En het is niet heel moeilijk om de juiste antwoorden aan te klikken om voor deze testen te slagen. Als het niet lukt, doe je de test gewoon nog een keer of vraag je je collega om raad.
Je hoeft geen tijd en energie te stoppen in het opbouwen van een vertrouwensband
‘We doen allemaal mee aan de afvinkcultuur’
Iedereen weet dat sportief gedrag niks met spelregelbewijzen te maken heeft, maar toch doen we allemaal mee aan de afvinkcultuur of accepteren we het bij anderen. Het maakt het leven gemakkelijk, efficiënt en overzichtelijk. Je hoeft geen tijd en energie te stoppen in het opbouwen van een vertrouwensband met (zaken)partners, medespelers, tegenstanders of collega’s. Dan zou je zelf kunnen nadenken met wie je wel of niet zou willen werken, zakendoen of voetballen. En het kost ook wel moed om anderen op hun gedrag aan te spreken en eigen fouten toe te geven. Het is oh zo makkelijk om naar een certificaat te kunnen wijzen als er iets fout gaat. Toch?
Wat is het in en in triest dat we zo aan vinkjes, lijstjes, certificaten en spelregelbewijzen gewend zijn geraakt om ons in te kunnen dekken tegen onsportief gedrag.