‘Soms is het lastig om goede taakkaarten te maken’

Johan Booij. – Foto: Hans Banus

Als de voordelen duidelijk zijn, waarom breekt precisielandbouw dan niet vanzelf door?

“Het grootste probleem is dat er geen kant-en-klare ‘plug and play-systemen’ zijn, waarmee de teler direct aan de slag kan. Er is behoorlijk wat (ICT-)kennis nodig om zelf taakkaarten te kunnen maken, met bijvoorbeeld QGIS of Farmworks, laat staan om de machine deze taakkaarten te laten begrijpen en uit te voeren. ”

Wat heeft de teler dan nodig om hem te helpen, een handige student-aan-huis die met de computer is opgegroeid, of een expert?

“Ik zit veel op de proefboerderij in Valthermond en spreek er ook over met medewerkers. Het is niet alleen handigheid met de computer dat nodig is om met precisielandbouw aan de slag te kunnen. Je moet ook achtergrondkennis hebben en een stuk volharding. Ook kant-en-klare modules die taakkaarten maken kunnen de teler helpen. Maar goed, als die student-aan-huis precisielandbouw studeert, dan kan een teler daar al veel aan hebben.”

Wordt precisielandbouw gemakkelijker?

“Ja, dat denk ik wel. In Nederland, maar ook daarbuiten, zijn ontwikkelingen in standaardisatie, uitwisseling van data, toepassingsmodules en robotica te zien om het ‘plug and play’ mogelijk te maken. Binnen 5 jaar zie ik een teler op de tractor stappen en volautomatisch variabel loofdodingsmiddelen toepassen. De vraag is trouwens ook wat jezelf wil, de ene teler is de andere niet. Het is net als bij een moderne auto. Met alle nieuwe sensoren in een auto wordt het steeds lastiger om zelf onderhoud en reparaties uit te voeren. Ik ben iemand die het zelf wil doen en begrijpen, een ander gaat meteen naar de garage. Dat is met precisielandbouw niet anders.”

Hoe zit het met het verdienmodel van precisielandbouw? Bijvoorbeeld besparen op goedkope stikstof zet niet veel zoden aan de dijk.

“Het gaat niet altijd om besparen op middelen, precisielandbouw kan ook zorgen voor meer inzicht en het efficiënter inzetten van de beschikbare middelen. Waarnemen en opslaan van wat je waarneemt, kan met sensoren gemakkelijker, preciezer en misschien ook wel beter dan wat je nu doet. Je kan wel denken dat je bepaalde plekken onderhand wel goed in je hoofd hebt, maar je zit er toch ook gauw tientallen meters naast. Verder gaat het niet altijd om het kostenvoordeel door wat stikstof te besparen, maar juist ook om een opbrengstverhoging elders in het bedrijf te realiseren door je stikstofruimte efficiënter in te zetten in bijvoorbeeld een ander gewas of perceel. Dan speel je op de variabele toepassing qua kosten en baten quitte, en heb je het voordeel elders. Dat kan trouwens ook een milieuvoordeel zijn.”