‘Seizoensopening zonder Aceera?’

Ik heb twee dagen op de aardbeien- en aspergebeurs in Karlsruhe (Duitsland) rondgelopen. Ik heb veel nieuws gezien, vooral kleine verbeteringen.

De automatische aspergeoogster van Cerescon was de absolute publiekstrekker, iedereen moest dat apparaat natuurlijk zien, met zijn vernuftige, op vocht reagerende, aspergezoekende sensoren. De oogstcapaciteit van één tot anderhalve stengel per seconde is ook netjes.

Je hebt nog wel personeel nodig voor de bediening en het invoeren van de rugfolie, maar al met al zou deze oogster 50 tot 70 personen kunnen uitsparen. Dat is aanzienlijk, maar het betekent ook dat als deze automaat stil komt te staan, direct je hele bedrijf stilvalt. Dat vind ik een risico.

Het lijkt me overigens nog niet dat we de Cerescon in de huidige uitvoering snel op de Nederlandse velden gaan zien; gezien de capaciteit en benodigde investering zijn grote oppervlakten nodig, met lange gewasrijen en flinke kopakkers om te keren. Maar als blijkt dat automatisch oogsten echt goed gaat, kun je erop wachten dat er soortgelijke machines komen voor kleinere arealen.

promotieactiviteiten van Aceera

Eveneens opvallend was het grote aantal Nederlandse plantenkwekers en machinebouwers in Karlsruhe. Ik sprak er ook veel collega’s; velen vroegen zich af hoe het na het verdwijnen van Aceera verder moet met de collectieve publieksopening van het aspergeseizoen. Iedereen is daar ongerust over. Die opening en de promotiecampagne eromheen werden – samen met de afzetorganisaties – echt getrokken door Aceera, als onafhankelijke partij met de slogan ’proef de lente’; die geeft precies aan wat we met asperges willen uitdrukken.

De gezamenlijke promotie heeft de aspergeconsumptie de laatste tien jaar verdubbeld, de voortzetting ervan is daarom juist nu belangrijk om een volgende stap in consumptie te kunnen zetten. Ik hoop dan ook dat de promotieactiviteiten van Aceera en de afzetorganisaties behouden blijven en dat de SAL-gelden, feitelijk bijeengebracht door de aspergetelers, zo effectief mogelijk worden benut met rendement voor de hele sector.