Het gaat te ver om 2013 als rampjaar te bestempelen; daarvoor gaat het in de paprika- en komkommerteelt te goed. Voor ’s lands grootste glasteelt, tomaten, is het prijsniveau inderdaad desastreus.
Een vergelijking met wat de Ehec-affaire in 2011 voor de komkommersector betekende gaat hier op. De tomatentelers kunnen gelukkig teren op hun reserves die zij in 2012 kweekten. Het afgelopen jaar was uitzonderlijk goed. De komkommertelers op hun beurt poetsen hun balans dit jaar weer wat op.
Officieel zegt Rabobank Nederland niet onder de indruk te zijn. De grootste financier in de sector verwacht geen ander beeld dan in de afgelopen jaren. Ja, er zullen ondernemers moeten stoppen. Hoeveel precies blijft onduidelijk. Ook niet alle bedrijven waar de rode vlag wordt gehesen krijgen het stempel ‘failliet’, maar belanden in de schuldsanering.
Feit is wel dat banken steeds vaker bij het ministerie van Economische Zaken aankloppen om verliezen bij een faillissement van tuinders te declareren. EZ heeft op veel leningen in de agrarische sector garanties verstrekt in het kader van de Borgstellingsregeling. In 2012 werd voor 8,5 miljoen euro gedeclareerd, voor dit jaar wordt 23 miljoen begroot. Naar schatting komt 90 procent op conto van de glastuinbouw.
Voor de telers zijn prijsschommelingen niet nieuw, maar in het huidige economische tij vergen deze wel een andere aanpak. Vroeger dachten banken mee, gaven vroegtijdig signalen af. De strengere Europese regels staan dit steeds minder toe. Het is nu aan de ondernemers zelf om een beleid op de prijsschommelingen te voeren. Prijsrisicomanagement wordt onderdeel van het vak.
De vraag is of een teler dat risico in zijn eentje moet aangaan. In de akkerbouw en vollegrondsgroenteteelt werken telers al verregaand samen. Zij delen de risico’s. In de glassector geldt een eigen cultuur. Op afzetgebied bestaan weliswaar verbanden. De bemoeienis reikt tot de kasdeur. Niemand moet de glastuinder vertellen wat daarachter gebeurt. Misschien moet de trots een beetje plaatsmaken. Het loont de moeite met gelijkgestemden naar een strategie te kijken om samen sterker en stabieler te kunnen ondernemen.