Rechter oordeelt over mondelinge tomatendeal

Rechtbank Limburg acht niet bewezen dat een Nederlandse koper ruim € 81.000 is overeengekomen voor een partij Marokkaanse tomaten voor de Russische markt.

De rechter oordeelt dat de Italiaanse verkoper van de partij niet voldoende bewijs heeft geleverd voor de overeengekomen prijs. De rechter heeft de aantekeningen uit de agenda van de verkoper bekeken evenals een schriftelijke getuigenverklaring van een Italiaanse medewerker. De Nederlandse koper stelt juist dat hij op verzoek van de verkoper een koper zocht voor de partij troscherrytomaten waarmee de Italiaanse importeur in zijn maag zat. Op de verpakking stond: geïmporteerd door Bartoni, Italië. Daardoor was uitvoer naar Rusland lastig, omdat dit land Europese groente en fruit boycot. Een prijs was volgens hem niet afgesproken.

Inzicht in internationale handel

De uitspraak geeft een goed inzicht in de gang van zaken bij internationale handel. De tomaten stonden in Perpignan, Frankrijk. ’s Ochtends belde de verkoper de prijzen door aan de Nederlandse partij, die er later op de ochtend een bestelling voor plaatste (of niet) tegen die prijs. Op de factuur en transportbonnen stond normaal de prijs als schriftelijke bevestiging. In deze transactie betwisten koper en verkoper de gemaakte telefonische afspraken. De bonnen bevatten geen prijzen.

Het betreft een tussenuitspraak in een procedure waarbij de Italiaanse verkoper was opgedragen met bewijslast te komen. Daarin is hij volgens de rechter niet geslaagd.