Het kwam zo uit dat ik op Koningsdag voor het eerst sinds anderhalve maand live op interview ging. Ik reed ervoor naar Heenvliet op Voorne-Putten, naar spruitenteler Gerrit Arkenbout.
De zon scheen en onderweg kreeg ik het idee dat er nog meer rood-wit-blauwe vlaggen compleet met oranje wimpels hingen te wapperen dan normaal. Iedereen had zin om er ondanks alles toch wat feestelijks van te maken.
We hielden ons natuurlijk strikt aan de anderhalvemeter-regel. Maar toch voelde het ook wel weer een beetje als smokkelen
Niet in overtreding
De teler en ik waren formeel gezien ook niet in overtreding. Allebei oefenen wij een essentieel beroep uit. En we hielden ons natuurlijk strikt aan de anderhalvemeter-regel. Maar toch voelde het ook wel weer een beetje als smokkelen. Want hoe essentieel is het om een interview in de reeks artikelen over 75 jaar tuinbouw vanwege 75 jaar Groenten & Fruit niet per telefoon of internet te doen, maar oog in oog?
Interview met Rob Baan
Een ander interview in Groenten&Fruit editie 10, met glastuinder Rob Baan, belicht dat essentiële karakter van zowel journalistiek als tuinbouw dan weer op een heel andere manier. Het is een indringend verhaal over een ondernemer, die rond een ogenschijnlijk frivole teelt een van de meest toonaangevende glastuinbouwbedrijven van Nederland en daarmee de wereld heeft opgebouwd. En die nu langs de wel allerminst frivole meetlat van zijn bank wordt gelegd, alsof het natuurlijk ook altijd al tamelijk risicovol was om je hele bedrijf op te hangen aan de horeca.
Getallen volgen op de werkelijkheid
Als we iets leren van deze coronacrisis, is het wel dat onze levens aan elkaar hangen van veel meer dan alleen maar economische realiteiten en financiële kengetallen. Het is dus ook niet zo dat de creativiteit van ondernemers zich altijd maar moet en zal voegen naar de getalletjes, van bank, overheid of RIVM. Getallen volgen op de werkelijkheid, niet andersom.
Arkenbout kan het nog steeds niet laten
Lees maar wat de spruitenteler na 51 spruitenseizoenen te vertellen heeft over het verschil tussen wat het bedrijfseconomisch model over zijn manier van werken te zeggen had (‘kan niet uit‘) en hoe hij op zijn zeventigste toch nog lekker een jaartje doorploegt. Omdat het altijd toch kon en hij het nog steeds niet laten kan.