Rabo geeft Tommies een kontje

Greenco is er deze maand in geslaagd voldoende volume van hun Tommies snoeptomaatjes uit Nederland en Spanje weg te zetten. De actie met de gratis TomTrom, met steun uit het DIT-fonds van Rabobank Westland zorgde, in tegenstelling tot december 2011, voor een piek in de afzet.

Sinds anderhalf jaar komen ook marktgerichte noviteiten in aanmerking voor steun uit het fonds Duurzame Innovatie Tuinbouw van Rabobank Westland. Tomatenbedrijf Greenco, met hoofdkantoor in het Westlandse Honselersdijk, deed een gooi naar steun uit dat fonds voor de TomTrom. De aanvraag voor een bijdrage uit het fonds werd gehonoreerd. Naar nu blijkt terecht, want het kleine plastic trommeltje waar zeven snoeptomaatjes in kunnen, heeft voor een afzetpiek gezorgd, terwijl vorig jaar om deze tijd nog een productoverschot was in de periode dat Nederlandse en Spaanse productie tegelijk op de markt waren.

“Het idee lag er al een paar jaar”, zegt Jos van Mil van Greenco. We stonden op een beurs samen met het bedrijf IIC/Vacuvin en raakten daarmee aan de praat. Zij produceren het trommeltje nu ook voor ons.” Volgens Van Mil is dit één van de voorbeelden van het voordeel van een goed netwerk en daar voortdurend actief in zijn. “Dan komt er veel naar je toe.”

Zo ondertekende Greenco in aanwezigheid van obesitasbestrijder Paul Rosenmöller en vertegenwoordiger van het ministerie van VWS eerder dit jaar een handvest rond gezonde voeding voor kinderen. Dat past in het project de Gezonde Schoolkantine van het Voedingscentrum. En juist in die schoolkantine moet de TomTrom zijn waarde bewijzen. Schoolkinderen kunnen in dat trommeltje elke dag een paar snoeptomaatjes meenemen zonder dat die in de schooltas worden platgedrukt. Maar het plastic tomatendoosje past ook in de aktetas, de jaszak of in het achterzakje van een wielershirt.

Van Mil: “Ons doel is er in drie jaar één miljoen van in omloop te brengen. We zijn aardig op weg, de eerste 250.000 zijn nu weg.” De TomTroms gingen gratis mee bij een emmer van 500 gram Tommies. Ook bij Jumbo werd de TomTrom bij het merk Fred&Ed verspreid. Maar voordat die vliegende start gemaakt kon worden moest er het nodige kostbare voorwerk worden gedaan. Ontwerpen, afzet- en promotieplan maken, de productie van het trommeltje opstarten met het maken van matrijzen en het trommeltje daadwerkelijk in productie nemen. Van Mil: “Voor een bijdrage in die voorbereidings- en opstartkosten hebben we afgelopen zomer bij het DIT-fonds aangeklopt.”

Het DIT-fonds is gestart als stimuleringsfonds voor met name technische innovaties in de tuinbouw. Leden van Rabobank Westland die een innovatie hebben bedacht, die behalve vernieuwend ook gericht is op een meer duurzame samenleving, komen voor een bijdrage uit dit fonds in aanmerking, legt directeur grootbedrijf Joost Verheijen van Rabobank Westland uit.

“Er zit 10 miljoen euro in het fonds, dat in de loop van ongeveer tien jaar beschikbaar komt. Verspreid over het jaar krijgen we ongeveer dertig aanvragen binnen. Na een eerste selectie worden er zo’n twintig voorgelegd aan de beoordelingscommissie met bankmedewerkers, tuinders en een externe marketingdeskundige. Daar wordt dan alsnog de helft afgewezen, meest omdat het niet voldoende innovatief is of omdat er een onvoldoende brede uitstraling naar de samenleving is. Eerdere bijdragen uit het fonds gingen naar aardwarmteboring Green Well, naar Dutch Specials en naar de semi-gesloten kas van Avag.”

De impact van de TomTrom is gelegen in het feit dat deze gadget in alle bescheidenheid toch een bijdrage levert aan verbreding van de markt voor tuinbouwproducten. De innovatie richt zich bovendien op de gezondheid van kinderen, die gemiddeld nog te weinig groente en fruit eten. En er kunnen behalve Tommies natuurlijk ook andere kleine tomaatjes in, dus dit nieuwe product is niet alleen afzetbevorderend voor één bedrijf.

Overigens is er naast dit specifiek op de tuinbouw gerichte fonds ook nog een algemeen coöperatiefonds voor maatschappelijk verantwoorde initiatieven én een innovatiefonds voor kleinere innovaties (binnen of buiten de tuinbouw) van beneden de circa 50.000 euro.