Johan Overdevest (46) uit Lisse groeide op tussen de bollenvelden. De tv-programmamaker volgde een jaar lang elf jonge bollenkwekers om zo een compleet beeld te kunnen geven van deze sector. “Ongelooflijk, maar er was nog nooit een diepgaande documentaire over de wereldberoemde Bollenstreek gemaakt.”
Hij lijkt bijna wel het hoofd van de pr-afdeling van de Bollenstreek, zo enthousiast vertelt tv-maker en presentator Johan Overdevest over de documentaireserie Bollenjongens die hij afgelopen jaar maakte en die sinds 5 mei wordt uitgezonden op TV West. Hij volgde vrij intensief elf ‘bollenjongens’, omdat hij wilde weten wat er jaarrond nu eigenlijk gebeurt in deze bijzondere sector.
Want al groeide Overdevest op in Lisse en verdiende hij in zijn puberjaren zomers een zakcentje bij met bollen pellen, wat die kwekers nu allemaal moeten doen om elk jaar weer honderden miljoen bollen te vermeerderen, te broeien, te koppen en te oogsten, dat wist hij eigenlijk niet. Jaren liep hij al rond met het idee om daar eens een documentaireserie over te maken. “Ik ben gaan lezen over de bollenwereld, deed research en kwam er tot mijn grote verbazing achter dat nog nooit eerder een diepgaande documentaire over de wereldberoemde Bollenstreek is gemaakt. Ongelooflijk als je het economische en toeristische belang ervan kent.”
Het zijn leuke gasten, bevlogen ondernemers die op hun eigen manier met hun vak bezig zijn
Het idee kreeg een ‘opkontje’ toen Overdevest een keer drone-beelden aan het maken was van bloeiende bollenvelden. Een jonge teler reed op dat moment met zijn trekker over het land. “Hij stopte bij me en we raakten in gesprek. Deze Ruben zit in een kernteam van jonge agrariërs die allen in de bollen werken. Deze elf bollenjongens ben ik gaan volgen.” Het leuke is volgens de bevlogen tv-maker dat er veel variatie in deze groep zit. “Die variatie maakt het interessant. Het zijn stuk voor stuk leuke gasten, bevlogen ondernemers die ieder op zijn eigen manier met hun vak bezig is.”
Lees verder onder foto
Overdevest probeert in tien afleveringen van ruim twintig minuten een compleet beeld te geven van de bollensector in Zuid-Holland, van toen, nu en in de toekomst. Hij gebruikt historische beelden, zet de praktijk van vroeger af tegen die van nu en laat zien welke innovaties er zijn. “Er wordt nu bijvoorbeeld een ziekzoekmachine ontwikkeld, een karretje met vijftien kleurencamera’s die over het veld rijdt en zieke planten herkent. Nu moeten ‘mannetjes’ in het veld dat doen. Dat is arbeidsintensief en vrij saai.”
De kwekers zoeken echt naar duurzame werkmethoden
Het was voor de elf bollenjongens best spannend om in een televisieserie te laten zien wat ze zoal doen en waarom ze werken zoals ze werken. Ze willen daar graag meer bekendheid aan geven, maar om dat op televisie te doen, is een grote stap, vertelt Overdevest. “Het mooie is dat ik er heel open ben ingestapt. Als journalist stel ik ze veel vragen over dingen die voor die jongens heel vanzelfsprekend zijn. Daardoor gaan ze er zelf ook over nadenken. Ze realiseren nu dat hun werk eigenlijk heel bijzonder is. In korte tijd ‘even’ vier miljoen tulpenbollen planten in het veld, in de winter tientallen miljoenen hyacinten op potten zetten. Dat soort dingen. Wij genieten in het voorjaar een paar weken van die prachtige bloemen op het veld, maar zodra ze zijn uitgebloeid en wij op het strand gaan liggen, begint voor die jongens het werk eigenlijk pas. Er moeten 1 miljard bollen uit de grond, ze moeten schoongemaakt, gesorteerd, gepeld, verpakt, vervoerd en het land moet weer klaargemaakt voor het poten. En dat elk jaar weer.”
Er is veel belangstelling voor de serie en dat is mooi
De bollensector krijgt ook kritiek, bijvoorbeeld vanwege het middelengebruik. Overdevest weet dat. “Die middelen zijn chemisch en dat wil je liever niet, maar je ziet dat ze ook naar biologische alternatieven zoeken. En naar methoden om alleen de plant te raken met een middel, en dat het niet op of in de bodem komt. De kwekers zoeken echt naar duurzame werkmethoden. Sommigen zetten het land zes tot acht weken onder water om aaltjes en schimmels te doden in plaats van dat met middelen te doen. Ze zaaien steeds vaker groenbemesters in om de bodem te voeden en de structuur goed te houden. Ik laat het allemaal zien.”
Woensdag 5 mei was de eerste aflevering op TV West en op zaterdag op Bo (de omroep van de Bollenstreek). De afleveringen zijn straks allemaal terug te zien op de website bollenjongens.nl. De eerste vijf afleveringen zijn gemonteerd, de overige vijf worden de komende weken ‘in elkaar gezet’. “We kunnen via de website zien dat mensen uit heel Nederland er naar hebben gekeken, en zelfs uit Canada en Australië. Er is veel belangstelling voor en dat is mooi.”