Het prijsniveau van voedingsmiddelen ligt voor de Nederlandse consument iets lager dat het gemiddelde in de Europese Unie. Dat valt op te maken uit de cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft gepubliceerd.
In mei was de prijsstijging in Nederland met 9,1% net iets lager dan de prijsverhoging van 10,3% in de Europese Unie. En over heel 2021 was voeding in Nederland zo’n 4,3% goedkoper dan het gemiddelde niveau in de Europese Unie.
In België was voeding vorig jaar juist wat duurder dan elders in de EU. Bovendien zijn de prijzen in Duitsland met 10,9% in mei sterker gestegen dan gemiddeld. In België valt de prijsverhoging met 7,7% dit jaar duidelijk kleiner uit dan in andere EU-landen.
23% van de uitgaven gaat naar groente en fruit
De Nederlandse consument besteedt gemiddeld 11% van zijn uitgaven aan voeding. Vlees en vis hebben binnen de voedingsaankopen een aandeel van een kwart. Aan groente en fruit wordt 23% van de bestedingen uitgegeven en 21% aan brood en granen.
Een stijging van de consumentenprijzen voor voedingsmiddelen volgt vaak op een prijsstijging bij producenten, stelt het CBS. Het duurt volgens het statistiekbureau wel even voordat de hogere grondstofprijzen worden doorberekend. Dat komt omdat de lange productie- en distributieketen een vertragend effect hebben. Marges in de handel en de logistiek dempen bovendien de schommelingen in de producentenprijzen.
De prijzen bij de producenten van voedingsmiddelen lopen al een tijdje op en stegen in mei 2022 met bijna 23% ten opzichte van een jaar eerder. Producentenprijzen hangen sterk samen met die van grondstoffen voor voedingsmiddelen op de wereldmarkt.