‘Overleven kan ook anders’

Probeer zoveel mogelijk schakels in de keten uit te schakelen.

In het verleden mocht ik voor dit blad ook columns schrijven of tikken. Het is alweer 10 jaar geleden dat ik regelmatig wat gedachten aan het papier van Groenten & Fruit toevertrouwde. Er is in die tijd veel gebeurd in ons tuinbouwland.

Ehec en het klimaat

We hebben als sector de Ehec overleefd en wij zelf telen nog steeds komkommers. De laatste tijd hebben we mindere en betere jaren gekend. Het jaar 2015 was wat komkommerverkoop betreft voor ons bedrijf een topjaar en ook 2016 was een goed jaar. Waarom waren deze jaren zo goed? Ik kan maar een verklaring vinden. Het is eigenlijk heel simpel: het klimaat.

Hagelschade

In 2015 verdroogde alles wat ten zuiden van Parijs ligt. In 2016 hebben we in ons eigen land iets meegemaakt wat geen enkele tuinder wil meemaken: hagelkeien zo groot als appels sloegen hele kassen in een keer kapot. De schade was zo groot dat 8% van het komkommerareaal in puin lag. Dit jaar is weer een jaar om zo gauw mogelijk te vergeten. Door het uitblijven van calamiteiten zijn er komkommers genoeg en zijn de prijzen slecht.

Geen groei in hectares

Een aspect is alle jaren hetzelfde gebleven: onze afzet. Wij komkommertelers groeien haast niet in hectares, maar wel in productie. Denk aan hoge draad, belichting et cetera. Aan het vermarkten van onze mooie producten is weinig veranderd. Het gebeurt nog steeds op een manier dat wij het minste deel krijgen van de marges in de keten. Ik heb zelf in allerlei initiatieven gezeten, zoals de K8 en de K4, om daar iets aan te doen. Maar niks mocht lukken. Toch kan het anders.

Rechtstreeks leveren aan retail

Ik denk dat er voor komkommertelers wel degelijk kansen zijn, bijvoorbeeld door rechtstreeks te verkopen aan de retail en de consument. Probeer zoveel mogelijk schakels in de keten uit te schakelen. Denk eerder in kansen. Productbeschikbaarheid is een goed verkoopargument voor ons als komkommertelers. En de CBS-cijfers vertellen ons dat we in Nederland nog maar met 210 komkommertelers over zijn, om precies te zijn. Daarmee moeten we toch een vuist kunnen maken, zou je zeggen.