Onderzoek vindt geen effect bijplaatsen bijen in fruit

Bijgeplaatste honingbijen leveren geen aantoonbaar hogere opbrengst op bij in ieder geval peren.

Dat constateert onderzoeker Koos Biesmeijer van Naturalis in een onderzoek naar bestuivers. Alterra, Naturalis en EIS Kenniscentrum Insecten hebben op verzoek van het ministerie van EZ onderzoek gedaan naar wilde bestuivers en daarbij ook de rol van bijgeplaatste honingbijen onderzocht op een groep Conference- en aardbeienbedrijven.

De onderzoekers konden geen significante relatie vaststellen tussen het aantal bijgeplaatste kasten per hectare en het aantal waargenomen honingbijen in perenpercelen. De onderzoekers vonden wel relatief veel honingbijen in aardbeienpercelen en minder in perenpercelen.

Verspreiden

Dit suggereert dat de bij de aardbeien aangetroffen honingbijen afkomstig zijn van andere bronnen uit de omgeving en dat de bijgeplaatste bijen in perenpercelen zich meer verspreiden in de omgeving, mogelijk vanwege lagere dichtheden bloemen.

Circa een kwart van de winst van die peren- en aardbeienbedrijven is te relateren aan bestuivingswerk van wilde bestuivers, ontdekten de onderzoekers. Circa 60 procent van de bestuiving van percelen met peren wordt door wilde soorten gedaan. Voor aardbeien is dat meer dan 45 procent.