De Onderlinge Fruittelers Hagelverzekeringsmaatschappij (OFH) verwacht dat het opgebouwde fonds voor vorstschade niet toereikend zal zijn om de volledige schade te vergoeden.
Dat zegt Gertjan van Dijk van de OFH in een reactie op geuitte onvrede van aangesloten telers over de afhandeling van de schade. Volgens Van Dijk is de volledige omvang van de schade nog steeds niet in beeld, omdat er nog sprake kan zijn van schade door uitval van bomen.
In maart kregen telers een brief van de bredeweersverzekeraar waarin werd aangegeven dat het tot dan toe opgebouwde fonds waarschijnlijk niet in staat zou zijn om de volledige schade, als gevolg van de strenge vorst in februari, te vergoeden.
Andere risico’s
Dat leidde tot teleurstellende reacties bij diverse verzekerden. Van Dijk zegt dat in samenspraak met de NFO is gekozen voor beperkte dekking van vorstschade om de verzekeringstarieven acceptabel te houden. “Er is gevraagd hoe de verzekering in te richten. Daarbij is aangegeven: Hagelschade is het allereerste en grootste risico. Andere risico’s zijn van mindere betekenis.”
Volgens OFH is destijds aangegeven dat er een risico bestond op vorstschade met oogst- en boomuitval als gevolg. Hierbij verwijzend naar de strenge vorst in 2005, toen de Noordoostpolder – net als dit jaar – zwaar getroffen werd.
Financiële ruimte
Maar volgens Van Dijk is door verzekeringnemers aangegeven dat er geen financiële ruimte bestond om een volledige dekking op te nemen in de polis. “Die beperkte dekking maakt ook mogelijk telers niet te zwaar te moeten belasten.”
Destijds is ook geconcludeerd dat er minder snel een omvangrijk fonds beschikbaar zou zijn. Van Dijk: “Het was hopen dat we voldoende tijd kregen. Niemand had verwacht dat we in het tweede jaar al te maken kregen met vorstschade die absoluut in de papieren gaat lopen.”