Een groep Brioso-telers deed dit jaar veel ervaring op met plantsapanalyses van NovaCropControl. De methode lijkt een welkome aanvulling op de beoordeling van de meststofbehoefte van het gewas. Bij de gangbare bemestingsadviezen worden nogal wat fouten gemaakt omdat te weinig rekening wordt gehouden met de voorraden van mobiele elementen in de plant en elkaar tegenwerkende voedingselementen bij de opname door de plant.
“Het generatief sturen van het gewas is beter gegaan, al hadden we misschien nog een stap verder kunnen gaan”, zegt cocktailtomatenteler René van der Lans in ‘s-Gravenzande. “Maar ja, we gaven nu al minder dan 5 millimol kali en in de drain was het kalicijfer zelfs een poos nul. Normaal zou je van zulke cijfers helemaal in de stress schieten.” Hij is enthousiast over de methode al vindt hij dat er nog veel geleerd moet worden. “We hopen er een extra stuurmiddel bij te hebben gekregen.”
‘Je ziet wat er gebeurt’
Van der Lans is een van de acht telers van het cocktailtomatenras Brioso die sinds januari ervaring opdoen met plantsapanalyses onder begeleiding van HortiNova. Wekelijks worden monsters genomen van jong blad, oud blad en de vruchten, naast de gangbare monsters van giet-, mat- en drainwater. Iedere vier weken komen de telers bij elkaar om elkaars grafieken en de stand van het gewas te bekijken en bediscussiëren met de deskundige Sjoerd Smits van HortiNova. “In het begin zag je enorm grote onderlinge verschillen”, zegt Van der Lans. “Doordat we steeds meer te weten komen en aanpassen worden de verschillen kleiner. Maar je ziet nog steeds grote afwijkingen doordat er elementen zijn die een teler altijd hoger of lager heeft staan dan de standaardschema’s. Je bent veel meer bezig met de bemesting en durft veel meer de randen op te zoeken omdat je goed ziet wat er gebeurt.”
Betere balans en geen kroontjesschimmel
Brioso staat bekend als een vegetatief ras dat moeilijk generatief te krijgen is. Daar hebben belichtende telers moeite mee, maar ook de gangbare telers bij de start van de teelt en zeker ook na de langste dag. Het blijkt dat het kaliumgehalte in de plant gemakkelijk erg hoog wordt. Dat geeft een sterk vegetatieve sturing. Maar zonder meer verlagen van de kaliumgift vergroot het risico op minder stevige vruchten. Naast de spectaculaire verlaging van de kaliumgift hebben de Brioso-telers ook veel andere aanpassingen gedaan. Zo is de gift van chloor en sulfaat tegen het najaar verhoogd om het stikstofgehalte en daarmee de vegetatieve impuls te verlagen. “En we hebben een relatie gevonden tussen kroontjesschimmel en mangaanovermaat.”Mangaan wordt volgens Smits opgenomen als een snoepje. “Dat leidt eerst tot verbranding van de kroonblaadjes en in tweede instantie tot aantasting door de Penicillium-schimmel, zeker als de gehaltes van silicium en koper laag zijn”, waarschuwde Smits op een van de bijeenkomsten. “Opvallend was dat de twee telers die toevallig niet aanwezig waren er later last van kregen.”
‘Je moet er wel lol in hebben’
Teeltvoorlichter Ferry Klap, die de meeste Brioso-telers begeleidt, is ook altijd bij de sessies. “We zijn op voedingsvlak dit jaar een stuk slimmer geworden met behulp van de plantsapanalyses”, concludeert hij. “Bij Brioso heeft het niet meer kilo’s opgeleverd maar wel een gewas dat minder bladvolume heeft en weerbaarder is tegen meeldauw en Botrytis.” Of de methode geschikt is voor iedere tuinder betwijfelt Klap. “Het is best complexe materie. Je moet er veel lol in hebben en veel tijd steken in het bestuderen van de cijfers.”
Lees voor meer achtergrondinformatie en ervaringen het artikel dat deze week in Groenten & Fruit wordt gepubliceerd.