De nieuwe GMO-subsidieregeling beschermt telers beter tegen inkomensdalingen. Energievoorwaarden zijn ruimer, al is hybride belichting uitgesloten.
Dat blijkt uit de regeling Sectorale Interventies Groenten en Fruit. De Nederlandse uitwerking van de Europese subsidieregeling voor groenten en fruit is gepubliceerd afgelopen week. Het vervangt de Europese subsidieregeling GMO.
In de oude regeling bestaat al de mogelijkheid van een onderling fonds om uit te keren bij inkomensverlies van telers. Deze mogelijkheid is nog niet gebruikt door een afzetorganisatie, maar de voorwaarden voor zo’n fonds zijn nu ruimer. Zo is inkomensverlies door het rooien van ziekten en plagen opgenomen, maar ook compensatie van onevenredig gestegen grondstofprijzen met meer dan 20%.
Ruiming bij ziekte en plagen
In de nieuwe regeling is ook het vullen van dit fonds bij aanvang nu subsidiabel. Het fonds kan uitkeren bij ongunstige marktomstandigheden, bij ruiming door plagen of ziekte en bij forse gestegen grondstofkosten. De nieuwe regeling lijkt niet een compensatieregeling voor gestegen gaskosten. Het is een compensatie voor stijging van grondstoffen met meer dan 20% over drie voorgaande jaren, die niet kunnen worden doorgerekend.
Ruimer voorwaardenpakket energie
De regeling Sectorale Interventies Groenten en Fruit kent een ruimer voorwaardenpakket voor energie. Ten opzichte van de vorige regeling is bijvoorbeeld het ontvochtigen van kaslucht opgenomen, een techniek waar de glastuinbouw hard aan werkt om een doorbraak in te bereiken en zo rendabeler te verduurzamen.
Hybride belichting is niet mogelijk, wel kan er tussen kassen kassencompartimenten verschillende belichting worden gebruikt
Er werd uitgekeken naar de voorwaarden voor investeringen in led-lampen. Die investering is subsidiabel in de nieuwe regeling, maar de voorwaarden zijn enigszins beperkend. Het lijkt erop dat alleen leds ter vervanging van SON T lampen subsidiabel zijn. Hybride belichting is niet mogelijk, wel kan er tussen kassen kassencompartimenten verschillende belichting worden gebruikt.
Ook subsidiabel zijn kosten voor uitgaven voor investeringen in duurzame energie, zoals aardwarmte, zonnepanelen, windmolens en batterijen. Kosten voor wkk of biobrandstoffenbranders zijn daarentegen uitgesloten. Als een afzetorganisatie relatief veel investeringen opvoert voor verduurzaming, stijgen de vergoedingen fors, blijkt uit de regeling. Er is cofinanciering mogelijk van 80 procent.