Doorgaan naar artikel

‘Nieuw aardbeiras gaat belangrijke rol spelen’

Tegen de verwachting in is Jan van Meer uit Breda op 29 oktober nog steeds aan het oogsten van zijn stellingteelt onder Mini-Air-overkappingen.

“Begin oktober stopten we met het plukken van de doordrager Arabella. Maar van de 11-2175 – dit is een nieuw ras van Plant Sciences – zijn we nog steeds aan het plukken. Ik had eigenlijk verwacht dat het eind september wel klaar zou zijn.”

Dat de oogst van dit nieuwe ras zo lang doorloopt, heeft volgens Van Meer alles te maken met de hogere temperaturen in oktober. Daarbij blijft het onder de overkappingen sowieso iets warmer. “Wel zijn we onlangs naar één keer oogsten per week gegaan. En in week 45 of 46 is het wel definitief gedaan met de pluk. Dan zijn we ook ruim een half jaar aan het oogsten van dit gewas.”

Volledig over naar 11-2175

Van Meer verwacht dat hij bij de 11-2175 uiteindelijk zal uitkomen op een oogst van ruim 10 kilo per m2. “Dat is heel positief. Bij de Arabella oogstten we in deze stellingteelt zo’n 2 kilo per m2 minder, dus dat is een behoorlijk verschil. Volgend jaar gaan we in de stellingen daarom volledig over naar 11-2175. Vanwege de goede productie, maar ook omdat dit ras minder gevoelig is voor meeldauw. Wel heeft ‘ie meer te lijden van warm weer; er ontstaan dan sneller drukplekken en beschadigingen. Maar dit nadeel weegt niet op tegen de voordelen.”

Hoge meeldauwdruk

Van Meer is ook volop bezig met de oogst van een doorteelt Inspire in de kas. Deze werd geplant tussen 5 en 19 augustus. Hij verwacht tot begin december te plukken, zegt hij op 29 oktober. “De kwaliteit is goed, de uitval minimaal. Daarbij zijn de prijzen bovengemiddeld. Qua productie is Inspire in het najaar geen hoogvlieger. Bij de vroeg geplante planten halen we tot begin december waarschijnlijk een productie van 2,5 kilo per m2. Bij de latere plantingen zal dit circa 3 kilo per m2 zijn, aangezien deze planten minder te lijden hebben gehad van de warme dagen in augustus.”

De meeldauwdruk is momenteel een groot issue in de kasteelt. Om deze binnen de perken te houden, zet Van Meer vaker Karma in en zwavelt hij iedere nacht zo’n zes uur. “Dat laatste doen we eigenlijk liever niet, aangezien de Limonica-roofmijten die we inzetten tegen witte vlieg hierdoor het loodje kunnen leggen. Maar wanneer we minder zwavelen, houden we meeldauw niet onder de duim. Het is echt balanceren nu. Gelukkig weten we de roofmijten tot nu toe redelijk goed in leven te houden.”

Van Meer wijt de hoge meeldauwdruk aan het weer en de hoge luchtvochtigheid. “De problemen zijn echt fors groter dan andere jaren.”

Roer om

In 2025 wil Van Meer het roer op diverse vlakken omgooien. Zo stopt hij dan definitief met de vollegrondsteelt. “Dit is gewoon niet meer rond te rekenen. De rassen voor de vollegrond leveren minder kilo’s, de pluksnelheid ligt lager en arbeid wordt almaar duurder. Dan houdt het gewoon op.”

Daarnaast kiest hij volgend jaar ook in de teelt op substraatruggen voor het ras 11-2175. “Voorheen kozen we daarbij altijd voor een junidrager, maar we gaan dus naar een doordrager. We starten meestal medio april met oogsten en de pluk loopt dan door tot in augustus. We hopen met dit nieuwe ras uit te komen op een totale productie van 50 ton per hectare in deze periode, met zes plantjes per meter. Kortom: deze nieuwkomer gaat een belangrijke rol spelen in onze bedrijfsvoering.”

Auteur: Ank van Lier

Bekijk meer

Share this

Jan van Meer
Jan van Meer

Werkt met verschillende aardbei-teeltsystemen: aardbeien in de kas, onder Mini-Air-overkappingen, op substraatruggen en in de vollegrond

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin