Het kabinet onderzoekt of Oost-Europese migranten op zoek naar werk sneller ongewenst kunnen worden verklaard.
Nog beter zou het zijn als Nederlandse werklozen het werk zouden aannemen dat de Oost-Europeanen nu verrichten. Het toekennen van werkvergunningen voor buitenlandse arbeidskrachten moet volgens minister Henk Kamp (Sociale Zaken) een uitzondering worden. Tuinders moeten daarom nog meer hun best gaan doen om aan te tonen dat ze geen geschikte werknemers in Nederland of binnen de Europese Unie kunnen vinden.
Het UWV Werkbedrijf startte vorige week het project ‘Boer zoekt medewerker’, waarbij werkzoekenden kennis maken met het agrarische bedrijf. Een woordvoerder liet weten dat de werkzoekenden die paprikabedrijf 4Evergreen in Steenbergen bezochten, verrast waren over de moderne werkwijze en hoogstaande technologie.
Het is een ambitieuze, maar naïeve poging om werkzoekenden aan het werk te krijgen in de tuinbouw en zodoende de werkloosheid aan te pakken. De ervaring leert dat Nederlandse werklozen maar moeizaam aan het werk willen in de kas of op het land. Daarom wordt gevreesd dat tuinders in problemen zullen komen met hun oogst, omdat het UWV minder makkelijk werkvergunningen verstrekt voor bijvoorbeeld Roemeense seizoensarbeiders. Immers, de afgelopen jaren vielen tuinders veelvuldig terug op deze groep werkwillende migranten. En niet voor niets. Want natuurlijk heeft iedere ondernemer liever Nederlanders in dienst waarmee ze gemakkelijk kunnen communiceren en die de cultuur begrijpen. Maar zo gemakkelijk is het niet om Nederlanders aan het werk te krijgen in de sector. Een ondernemer heeft liever een hardwerkende Pool of Roemeen dan een ongemotiveerde Nederlander. Kamp wil met zijn plannen behalve de werkloosheid, ook de overlast die migranten geven in steden en dorpen, oplossen. Het is onjuist om deze problematiek op deze wijze af te wentelen op de tuinbouw.