Nederland heeft een erg efficiënt schoolfruitprogramma, als je dat vergelijkt met andere landen. Dat blijkt uit cijfers van de Europese Commissie.
Het Europese Schoolfruitprogramma is voor de gezondheid van kinderen natuurlijk een uiterst belangrijk programma. Het leert jaarlijks circa 18 miljoen Europese kinderen gezond te eten, waarvan een half miljoen Nederlandse.
Voor de afzet van groente en fruit is dat belang er ook, maar kleiner. Met ruim 60 miljoen kilo groente en fruit (60.000 ton), dat de EU-landen zo op de scholen laten afzetten, is het economische volume niet zo groot. Toch is dat nog altijd vier keer de productie van bloemkool in Nederland, of driekwart van de Elstar-productie in Nederland. Natuurlijk wordt geen bloemkool uitgedeeld op scholen en verstrekken landen veel soorten fruit, waaronder ook vaak import (mandarijn, of banaan bijvoorbeeld). Het belang van deze 60.000 ton is ook indirect als het gezinnen aanzet om thuis meer te consumeren, bijvoorbeeld door de lesprogramma’s die er aan gekoppeld zijn.
Vergoeding per stuk fruit lager in Nederland
In de uitvoering van de regeling zien we tussen landen wel grote verschillen. Vooral wat geld betreft. In Nederland is veel discussie over de vergoeding van € 0,24 die Nederlandse leveranciers per portie krijgen. In Duitsland en België ligt dat bedrag veel hoger met € 0,40 per portie. Italië heeft met € 0,49 per portie een van de hoogste vergoedingen voor leveranciers. Nederland zit met die vergoeding van € 0,24 per portie wel in de middenmoot van EU-landen. Denemarken, Oostenrijk doen met voor minder (€ 0,19 per portie), in Bulgarije kan het zelfs uit voor € 0,10 per portie. Van dat laatste land moet gezegd worden dat de nationale overheid € 0,26 bijdraagt per portie van 180 gram. Nederland heeft geen nationale bijdrage, maar wordt de verstrekking uit de Europese middelen betaald.
Waar zit dat prijsverschil in? De gemiddelde portie in Nederland is met 100 gram per dag per kind gelijk aan de porties in Duitsland, maar België verstrekt in zijn programma 140 gram per portie per kind per dag. Dat is een gedeeltelijke verklaring voor de hogere vergoeding aan leveranciers. Italië heeft met 160 gram groente of fruit per dag de grootste porties voor kinderen, al is dat nog gewoon het gewicht van een peer.
Nederland: alleen basisschool, geen sap
Een ander verschil is het gebruik van fruitsap. In Polen wordt dat bijvoorbeeld ook verstrekt als schoolfruit, in Nederland niet. Dat kan met discussie over de vele suikers in fruitsap te maken hebben. Fruitsap staat ook niet in de Nederlandse Schijf van 5, vanwege het suikergehalte.
Nog een verschil is de leeftijd van de kinderen die schoolfruit krijgen. Nederland kiest voor uitsluitend basisscholen. Andere landen beleveren ook peuterzalen en middelbare scholen. Over alle landen is gemiddeld 70 procent van de kinderen actief op de basisschool, 20 procent zit op de peuterschool en 9 procent is middelbare scholier.