Het aantal claims op landbouwgrond was al groot, maar is door nieuwe ambities nog groter geworden. Vooral nieuwe claims voor bos, natuur en opwekking van duurzame energie zetten de strijd om steeds schaarser wordende grond op scherp.
Grond is een schaars goed in Nederland. Meer dan de helft van Nederland is planologisch vastgelegd, zo blijkt uit een rapport van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). Het gaat om bewoond gebied, bedrijventerreinen, spoorlijnen en natuur. Wat overblijft, is een ‘vrije’ ruimte van zo’n 1,8 miljoen hectare (ha) waarvan het overgrote deel landbouwgrond is. Uit steeds meer hoeken en gaten worden claims gelegd op die grond. Die grond zou namelijk het gemakkelijkst van bestemming kunnen veranderen.
Claims leiden tot 35% verlies aan landbouwareaal
Landbouwgrond lijkt versneld plaats te moeten maken voor andere doeleinden zoals natuur, zonneparken en woningen. Tot 2050 kan dat leiden tot bijna 35% verlies: 633.000 hectare.* voorlopige cijfers 2020;** geschat areaal in 2050 op basis van ramingen PBL, CBS en berekeningen Boerderij;*** gemiddelde geschatte waarde. Onduidelijk is nog hoeveel zonneparken er op landbouwgrond komen en of de netcapaciteit de grote hoeveelheden energie aan kan. Ook nemen windmolens een beperkte ruimte in, daar kan nog onder geboerd worden;**** afhankelijk van de bouwdichtheid en -locatie van nieuwbouw kan dit afwijken.
Claims komen overal vandaan
Over de ‘vrije’ ruimte (lees: landbouwgrond) zal het gevecht de komende jaren worden gevoerd. Claims komen overal vandaan. Er is een fors tekort aan woningen. Naar schatting moeten er de komende tien jaar tot een miljoen extra woningen gebouwd worden. Ook is er ruimte nodig voor duurzame energieopwekking met windmolens en zonneparken. Tegelijkertijd moet er ruimte zijn om water te bergen bij extreme droogte. Om bij te dragen aan het klimaat en de biodiversiteit zijn er plannen om natuur en bos meer ruimte te geven. Dat wil zeggen: extra natuur en aanleg van duizenden hectares extra bos.
Produceren en extensiveren
Maar boeren dan? Daar moet genoeg grond voor beschikbaar zijn om voedsel te produceren. Niet alleen produceren, maar ook om te extensiveren, zoals landbouwminister Carola Schouten dat graag ziet in haar visie ‘Waardevol en Verbonden’. Groningse boeren hebben een plan bedacht om het verlies te compenseren: inpoldering (zie kader). Of dat haalbaar en realistisch is, moet nog blijken. En dat kan sowieso niet in elk deel van Nederland. Dat betekent netto steeds meer verlies van landbouwgrond. Het grootste verlies – tot 2050 – is te verwachten aan (1) natuur en (2) de energietransitie. Maar ook (3) woningbouw en (4) klimaatmaatregelen vragen om een flinke lap grond.
Tekst gaat verder onder de foto en kader
‘Inpolderen om claims op landbouwgrond te compenseren’
Nieuwe gebieden inpolderen om boeren te compenseren voor claims op landbouwgrond. Daar maakt Gronings Agrarisch Jongeren Kontakt (GrAJK) zich sterk voor.
Steeds meer niet-boerenpartijen zoals natuurorganisaties en energiemaatschappijen leggen claims op landbouwgrond. Boeren moeten daarvoor gecompenseerd worden, vindt GrAJK-bestuurslid Jarno Rietema. Het GrAJK maakt in haar toekomstvisie helder dat het inpolderen weer terug op de agenda wil zetten. “Verlies aan steeds meer oppervlakte grond is niet gezond voor de landbouwsector”, stelt Rietema.
Waar en welk gebied precies ingepolderd moet worden, is (nog) niet bekend. “Wij hebben onze visie opgesteld en gaan bezig met het actieplan. Om hoeveel hectare het gaat en wat voor prijskaartje daar aan hangt is nog niet duidelijk”, stelt Rietema. Wel moet het mogelijk zijn, vindt de bestuurder. “Dat is bij de vorming van natuur ook gelukt op de Marker Wadden van Natuurmonumenten. Dan moet dat met boerenland ook kunnen.”
‘Boeren op vruchtbare klei‘
Of boeren dan de nieuw ingepolderde grond in gebruik moeten nemen, of dat daar juist ruimte moeten komen voor woningbouw en natuurontwikkeling, laat Rietema in het midden. “Misschien is het wel een goed idee ja, boeren laten boeren op de vruchtbare klei, en op de nieuw ingepolderde grond woningen, zonneparken en natuur aanleggen en ontwikkelen.”
Dat boeren in Groningen – maar ook elders in Nederland – hun grond kunnen behouden is erg belangrijk, stelt Rietema. “We moeten kunnen blijven concurreren en onderhandelen op internationaal niveau. Een kleiner areaal betekent minder kilo’s bij de frietfabriek en dat betekent per saldo een hogere kostprijs. Immers, de kosten per kilo product nemen toe, terwijl het afzetvolume afneemt. Dat is schadelijk voor de gehele sector en moet voorkomen worden.”
Bovendien kan een functieverandering de kwaliteit van de grond schaden, stelt Rietema. Bijvoorbeeld als het gaat om de realisatie van een wind- of zonnepark. “We zien dat bij aanleg van een windpark op de Noordzee de kabels over land – lees: onder landbouwgrond – gelegd worden. Dat verkleint het areaal niet, maar komt de kwaliteit niet ten goede. Zo zie je in dit geval ook weer: natuurdoeleinden gaan voor die van de landbouw. De kabels worden namelijk niet door het water gelegd, omdat het de zeehonden niet mag storen.”
Bos- en natuurontwikkeling: 226.000 ha
Een van de claims die de strijd flink aanzwengelt, is de Bossenstrategie van Schouten. Het areaal bos moet in 2030 met 10% vergroot zijn. Ofwel: 37.000 ha extra bos (honderd miljoen bomen) bovenop de 370.000 ha die er nu is. Dat is volgens Schouten nodig voor de biodiversiteit en de afspraken uit het klimaatakkoord. Maar waar moet dat bos komen? LNV zoekt naar bosuitbreiding binnen het Natuurnetwerk Nederland (NNN) en daarbuiten. In dat laatste geval is LNV op zoek naar combinaties van nieuw bos met andere functies zoals het opwekken van energie, agroforestry of woningbouw.
Twijfels over haalbaarheid
Critici twijfelen aan de haalbaarheid van dit ambitieuze plan, vooral over de financierbaarheid. Schouten trekt namelijk € 220 miljoen uit voor het vervangen van bomen die zijn gekapt voor andere natuur zoals heide en stuifzand. Aanplant van nieuw bos binnen NNN moet worden betaald uit bestaande middelen. De 19.000 ha buiten het NNN moet eerst aangekocht worden. Uitgaande van een gemiddelde prijs van ruim € 60.000 per ha landbouwgrond en de kosten van aanplant, zal dit bijna € 1,5 miljard gaan kosten. Dat geld is er niet. Schouten hoopt dat bossen zichzelf terugverdienen, doordat bomen worden aangeplant in combinatie met windmolens, woningbouw en landbouw (agroforestry). Ook de verkoop van koolstofcertificaten staat op het ideeënlijstje. Maar die verdienmodellen staan nog in de kinderschoenen.
Tekst gaat verder onder de foto
Nog niet alle ambities gedekt
LNV erkent dat nog niet alle ambities uit de Bossenstrategie gedekt zijn. Daarvoor wordt gezocht naar aanvullende financiering door private partijen of lagere overheden. Bijvoorbeeld gemeenten die het planten van bomen in woonwijken en in de overgang tussen het landelijk gebied en de stad uit eigen zak betalen.
Het areaal bos moet in 2030 met 10% vergroot zij
Daarnaast moet er nog 39.000 ha nieuwe natuur gerealiseerd worden om de plannen van het Natuurnetwerk Nederland af te ronden. Volgens het PBL kan daar in de toekomst nog zo’n 150.000 ha natuur bijkomen om te voldoen aan de verplichtingen die Nederland is aangegaan voor biodiversiteit.
Duurzame energie: 370.500 ha
Een andere grote slokop is de aanleg van windmolen- en zonneparken. Discutabel is de hoeveelheid grond die dat vraagt. Immers, onder windmolens kan nog geboerd worden. Onder zonneparken niet. Ook kan eerst gekozen worden voor de aanleg van zonnepanelen op daken en verlaten terreinen. Uit het Klimaatakkoord 2019 blijkt dat in 2030 35 terawattuur (TWh) aan elektriciteit moet komen uit zonne- en windenergie op land. Het PBL hanteert een bandbreedte van 31,2 tot 45,7 TWh, zo blijkt uit recente berekeningen. Naar schatting – afhankelijk van het aandeel dat op landbouwgrond gerealiseerd wordt én in hoeverre het energienet dat toelaat – zal tot 2050 140.000 tot 600.000 ha nodig zijn. Uitgaande van het gemiddelde is dat 370.500 ha.
Tekst gaat verder onder de foto
Woningbouw: 21.500 ha
Ook woningbouw legt de komende decennia een steeds grotere claim op grond. Om hoeveel dat precies gaat, is lastig te zeggen. Immers, de recent aangekondigde ambitie van de Actieagenda Wonen beschrijft dat eerst binnen bestaande stads- en dorpsgrenzen gebouwd wordt. Maar met het target om 1 miljoen huizen te bouwen in de komende tien jaar, moet ook daarbuiten gebouwd worden. Die grond is er nog niet. Het PBL maakte reeds eerder een schatting van de benodigde ruimte voor woningbouw. In die bepaling – met naar schatting 750.000 extra benodigde woningen – zou afhankelijk van de bouwlocatie- en dichtheid 16.750 ha nodig zijn. Naar schatting vraagt de woningbouw tot 2050 om zo’n 21.500 ha extra grond.
Tekst gaat verder onder het kader
Schaarste en een forse vraag naar landbouwgrond stuwen de prijs
Schaarste leidt niet alleen tot conflicten om het eigendom en de functie. Ook stuwt het beperkte aanbod – tegenover een enorme vraag – de grondprijs flink.
Zo is de gemiddelde agrarische grondprijs in coronajaar 2020 gestegen tot € 63.600 per hectare. Dat is 2,7% meer dan in 2019, toen gemiddeld € 61.900 betaald werd. Ten opzichte van 2018 (€ 60.300) is dat 5,4% meer, zo blijkt uit cijfers van het Kadaster. De verwachting is dat de prijs verder zal stijgen.
Analisten en agrarisch makelaars herkennen die alsmaar stijgende grondprijzen. “Waar veel vraag is, zal de grondprijs het hardst stijgen”, zo klinkt het. Vooral courante percelen blijven in waarde toenemen. Dat betreft vooral de vorm, ligging en de gebruiksbestemming van percelen. Percelen die dicht bij boerenbedrijven liggen, worden daarbij sneller en duurder verkocht aan boeren dan percelen die verder weg liggen. Ook kwalitatief grasland en percelen die goed geschikt zijn voor akkerbouw gaan in het algemeen voor meer geld over de toonbank.
Het gevaar dreigt dat boeren steeds minder grond kunnen kopen, omdat die simpelweg te duur wordt. Pacht biedt daar mogelijk een uitkomst. Maar niet als er online geboden moet worden en de hoogste bieder wint. De verpachter zal dan vaak voor het hoogste rendement gaan. Dat leidt tot concurrentie met kapitaalkrachtige partijen zoals beleggers, zo waarschuwt pachtersbond BLHB in een kritieke noot op het voorstel voor een vrijer pachtbeleid van landbouwminister Carola Schouten. Volgens de bond maakt Schoutens visie het voor pachters gemakkelijker om zelf de prijs te bepalen.
Klimaatmaatregelen: 15.000 ha
Ook is er steeds meer behoefte aan berging en kering van rivierwater, vooral in droge periodes die zich steeds vaker voor lijken te doen. De afgelopen 25 jaar is er door het Rijk reeds 12.000 ha ingericht voor een veilig en aantrekkelijk rivierengebied. Daar komt de komende decennia nog eens zo’n 15.000 ha bij. Dat blijkt uit de visie Ruimte voor de Levende Rivieren. De initiatiefnemers willen meer ruimte langs de rivier creëren en dit op een slimme manier combineren met landbouw.
Druk op boeren neemt toe
Uiteindelijk komen de geschatte claims bij elkaar opgeteld op zo’n 633.000 (bandbreedte: 402.500 – 862.500 – ha die er extra nodig is in 2050. Dat komt overeen met 35% minder landbouwgrond in 30 jaar tijd. Begin vorig jaar stond die teller nog op een geschatte claim van 300.000 ha. Met name natuur en energie hebben de verwachtingen fors verhoogd. Die strijd zal grondeigenaren en ontwikkelaars de komende jaren flink bezig gaan houden. Aangezien de nog ‘vrije’ grond gezocht wordt in de landbouw, neemt de druk op agrariërs verder toe. Voor boeren die willen stoppen kan dat gunstig uitpakken. Immers, een schaars goed leidt tot hogere prijzen. Ook de blijvers zullen in de verleiding worden gebracht met hoge opkoopprijzen. Bijvoorbeeld door provincies. Daarnaast is en wordt het voor blijvers steeds lastiger om hun bedrijf uit te breiden of te extensiveren. Opbieden tegen ontwikkelaars en overheden is financieel vaak niet haalbaar. Iets wat haaks staat op de richting die Schouten op wil. De toekomst zal uit moeten wijzen hoeveel van de ambitieuze plannen gerealiseerd worden.
Lees meer over het thema energie via GFactueel.nl/energie/