De Duitse plantenkundige dienst voert drie jaar controle uit op een bedrijf na besmetting met Ralstonia in tomaat door het uitplanten van gember voor consumptie.
Het bedrijf, een onderzoeksinstituut, meldde ziekteverschijnselen op gemberplanten in een kas. Onderzoek wees uit dat het ging om het gevaarlijke pathogeen Ralstonia pseudosolonacearum. De planten waren opgekweekt uit gemberwortels die voor consumptie waren geïmporteerd uit Peru. Dat is een mogelijke besmettingsbron, maar of die route daadwerkelijk de besmetting veroorzaakte is niet zeker. In de onderzoekskas zijn ook tomatenplanten onderzocht. Deze vertoonden geen verschijnselen, maar uit één monster bleek toch een besmetting. Al het geïnfecteerde materiaal is vernietigd.
Nederlandse rechtszaken
In Nederland is veel onderzoek gedaan na een besmetting in rozen in 2015 met het verwante Ralstonia solanacearum. Bij die uitbraak zijn bedrijven geruimd, waarover tot voor kort nog steeds rechtszaken liepen, maar nu is geschikt.
Vanwege de hoge risico’s voor meerdere gewassen, zoals tomaat, deed de WUR onderzoek naar de overleving van Ralstonia-isolaten in drainagewater. De overleving is gedurende 112 dagen bij verschillende temperaturen (4, 12, 20 en 28 °C) onderzocht in onbehandeld en behandeld (gesteriliseerd) drainagewater uit de rozenteelt. Alleen bij 28 graden Celsius in onbehandeld drainagewater waren de bacteriestammen binnen 112 dagen verdwenen. Ook in Duitsland werd bij de gemelde uitbraak Ralstonia in het irrigatiewater gevonden.