Wageningse onderzoekers hebben in wilde tomaten een gen ontdekt waardoor gekweekte tomatenplanten 24 uur per dag licht kunnen gebruiken voor fotosynthese en hun eigen groei. Met het nieuw ontdekte gen is een 20 procent hogere tomaatproductie mogelijk.
Tot nu toe kunnen tomatenplanten die worden geteeld in de kas niet zonder nachtrust. Met het CAB-13 gen kan dat wel. De onderzoekers doen daarvan verslag in het laatste nummer van het wetenschappelijk tijdschrift Nature Communications. Het onderzoek is uitgevoerd aan Wageningen University in samenwerking met de Nederlandse tuinbouwsector, met onder meer GreenQ in Bleiswijk en Monsanto, en gefinancierd door het technologisch topinstituut (TTI) Groene Genetica.
In Nederland en andere noordelijk gelegen landen wordt in kassen kunstlicht gebruikt om het aantal uren licht per dag op te voeren teneinde de productie te verhogen. Echter, voor de tomaat geldt een grens: als een tomaten wordt blootgesteld aan meer dan 16 uur licht per dag, dan ontwikkelen zij bladverwondingen die uiteindelijk kunnen leiden tot de dood van de plant.
In de nu gepubliceerde studie, onderdeel van een promotieonderzoek aan Wageningen University, blijkt dat anders dan gecultiveerde, moderne en hoogproductieve tomatenrassen, bepaalde wilde soorten wél bestand zijn tegen continue licht. Daar is het zogeheten CAB-13 gen voor verantwoordelijk. Als de wilde variant van dit gen CAB-13 wordt ingekruist in moderne tomatenrassen, dan worden die ook tolerant voor continue licht. Een praktijkproef in kassen met deze nieuwe teelt, bracht planten voort die niet alleen 24 uur per dag en zeven dagen in de week licht konden verdragen zonder bladverwonding, maar ook nog eens 20 procent meer tomaten konden opbrengen.