De Limburgse gedeputeerde Daan Prevoo waarschuwt voor een toename van malafide bedrijven in de asbestbranche. Boeren en tuinders die met een niet-gecertificeerd bedrijf in zee gaan, kunnen voor problemen komen te staan. Intussen kampt de asbestbranche met capaciteitsproblemen en strenge veiligheidseisen.
Boeren en tuinders die een asbestdak willen laten saneren, moeten daarvoor een gecertificeerd bedrijf inschakelen. Dat is ook een van de voorwaarden van de rijkssubsidieregeling voor asbestsanering. Alleen als bedrijven in Nederland gecertificeerd zijn als asbestverwijderingsbedrijf (SC-530), mogen zij asbest saneren en valt dit onder de subsidieregeling. Op www.ascert.nl staan alle gecertificeerde bedrijven.
Voor het saneren van asbest geldt bovendien een meldingsplicht. Asbestsaneerders die niet voldoen aan deze meldingsplicht en niet beschikken over de juiste papieren worden als malafide betiteld.
Saneringswerkzaamheden laten uitvoeren door een malafide bedrijf kan vervelende gevolgen hebben voor de bedrijfsvoering op het boerenerf, zegt Daan Prevoo, de Limburgse gedeputeerde van Energie, Duurzaamheid en Wonen (SP). “De sanering door een malafide bedrijf wordt stopgezet, waarna er alsnog een gecertificeerd bedrijf wordt ingeschakeld. Het werk loopt daardoor vertraging op, valt mogelijk duurder uit en het betreffende object is voor langere tijd onbruikbaar.”
Hoge boetes
Volgens Prevoo is een toenemend aantal malafide bedrijven actief in de asbestbranche. Signalen daarover ontving hij vanuit de bouwsector. De Limburgse gedeputeerde wijst daarnaast op cijfers uit de sectorrapportage asbest van de Inspectiedienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid (de vroegere Arbeidsinspectie). “In 2015 zijn in totaal 473 inspecties uitgevoerd. In 45% van de gevallen bleek een malafide bedrijf actief”, aldus Prevoo. De overtredingen varieerden van het niet juist uitvoeren van saneringen tot het niet beschikken over de juiste documenten.
De boetes die samenhangen met dergelijke overtredingen kunnen oplopen tot meer dan € 100.000. Ze zijn meestal alleen voor rekening van de betreffende aannemer. Opdrachtgevers worden financieel geraakt door het stilleggen van de werkzaamheden en het besmettingsonderzoek naar mogelijke verspreiding van asbestvezels dat in veel gevallen moet worden uitgevoerd.
Verbod op daken met asbest vanaf 2024
Asbestdaken zijn vanaf 1 januari 2024 verboden. Dat betekent veel werk voor asbestsaneerders. Malafide bedrijven willen daar een graantje van meepikken. Een asbestdak is vaak binnen een of twee dagen verwijderd. De kans dat dit de komende jaren door malafide bedrijven wordt gedaan, is relatief groot, zo valt te lezen in het rapport van de inspectiedienst. Het is gedeputeerde Prevoo een doorn in het oog. “Iedere malafide saneerder is er een te veel.”
De gedeputeerde heeft geen zicht op het precieze aantal malafide asbestsaneerders in zijn provincie. Ook weet hij niet waar deze bedrijven exact vandaan komen. “Gegevens daarover ontbreken”, zegt Prevoo.
De provincie Limburg werkt nauw samen met gemeenten en de omgevingsdiensten om erop toe te zien dat asbest op de juiste manier gesaneerd wordt. “Eerder dit jaar is een intentieverklaring ondertekend om meer inspecties plaats te laten vinden”, aldus de gedeputeerde.
Subsidieregelingen: verschil in provinciale aanpak
De wijze waarop het saneren van asbestdaken wordt aangejaagd, verschilt per provincie. In enkele provincies zijn nieuwe (subsidie)regelingen gepresenteerd, terwijl elders geen aanvullende stimulerende maatregelen worden getroffen.
Voor het saneren van asbestdaken is tot 1 januari 2020 een rijkssubsidie beschikbaar van € 4,50 per vierkante meter, met een maximum van € 25.000 per project. De provinciale stimuleringsmaatregel ‘Asbest eraf, zonnepanelen erop’ is inmiddels in alle provincies gesloten. Verschillende provincies presenteerden de afgelopen maanden nieuwe subsidieregelingen voor het saneren van asbestdaken. Een overzicht van de provinciale plannen:
‘Goede en minder goede bedrijven’
Stephan Rasenberg durft namens de branchevereniging van asbestverwijderaars VVTB niet te zeggen hoeveel malafide bedrijven er actief zijn. “Daar heb ik geen zicht op. Maar met het saneren van asbest is veel geld gemoeid. Ik durf mijn hand ook niet in het vuur te steken voor ieder gecertificeerd bedrijf. Er gebeuren ongetwijfeld dingen die niet aan de wet- en regelgeving voldoen.”
Guido Kremer is Manager Asbestverwijdering bij AB Werkt. In 2016 was AB Werkt in Limburg goed voor 150.000 vierkante meter asbestsanering. Kremer ziet veel kwaliteitsverschil tussen bedrijven in de asbestbranche. Waar het ene bedrijf zich strikt aan de regels houdt, gaat de andere firma heel wat losser om met de wet- en regelgeving. “Er zijn goede en minder goede bedrijven”, zo formuleert Kremer voorzichtig. Hij weet dat sommige gecertificeerde bedrijven zich niet altijd aan de regels houden.
Verbod op gebruik hijskraan
De strenge wet- en regelgeving maakt het er voor asbestsaneerders ook niet gemakkelijker op, vindt Kremer. Hij doelt vooral op het ingestelde verbod op het werken met een hijskraan in combinatie met een werkbak. “Dat verbod zorgt in onze branche voor veel onrust”, zegt Kremer. Hij hoopt dat de soep niet zo heet wordt gegeten als zij is opgediend. “Sommige klussen kunnen simpelweg niet zonder hijskraan.”
Op 4 oktober wordt op uitnodiging van de vaste Kamercommissie voor Infrastructuur en Milieu een rondetafelgesprek over sanering van asbestdaken gehouden met diverse betrokken partijen over de stand van zaken van de asbestsanering. “Doel is om informatie in te winnen met betrekking tot de deadline van 2024”, zegt Stephan Rasenberg van de branchevereniging.
De capaciteitsproblemen waar veel saneerders mee kampen, komen dan ongetwijfeld ter sprake, aldus Rasenberg. Volgens Guido Kremer van AB Werkt is de situatie nijpend. “We zien een terugloop van jongens die in de asbestbranche werkzaam zijn. De bouwsector trekt aan. Veel jongens stappen over. Er is amper geschikt personeel te vinden. Dat belemmert ons flink. Wij zitten nu al tot het einde van het jaar vol gepland.”
Nog 100 miljoen vierkante meter te gaan
Als programmamanager van het stimuleringsprogramma Asbestveilige Agrosector 2024 wil Ruud Hoosemans namens LTO graag enige nuance aanbrengen. Hoewel hij niet ontkent dat er malafide bedrijven actief zijn, kijkt hij liever naar het totaalplaatje. “Nu het aantal saneringen stijgt, mede door de diverse initiatieven om dit te stimuleren, is het niet onlogisch dat ook het aantal illegale praktijken mogelijk toeneemt. Een duidelijk beeld daarvan heb ik niet. De asbestsanering van nog zo’n 100 miljoen vierkante meter aan daken is een hele opgave. De overheid stelt hoge eisen als het gaat om veiligheid en opleiding van personeel.”
Zonder te tornen aan de veiligheid pleit Hoosemans voor vereenvoudigde regels. “Alleen op die manier kan de capaciteit van asbestsaneerders worden opgeschroefd en de druk op asbestdakeigenaren worden verlaagd”, zegt Hoosemans.
Geld voor sanering grootste knelpunt
Hij schuift 4 oktober ook aan bij het overleg in de Tweede Kamer. “Het verbod op het gebruik van hijskranen is niet werkbaar. Een bedrijf dat zich daar niet aan houdt, is illegaal bezig. Maar dat betekent natuurlijk niet dat de veiligheid meteen in het geding is. Dat punt staat hoog op de agenda van het overleg.”
“Datzelfde geldt natuurlijk ook voor het grootste knelpunt: het snel beschikbaar komen van financiële middelen om sowieso te kunnen saneren. Achtergestelde leningen van nationale of provinciale fondsen tegen de huidige lage rente en passende sloopregelingen zullen veel eigenaren van asbestdaken sneller over de streep helpen.” In de provincies Drenthe en Limburg wordt daar al mee gewerkt.