Minister Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) Wouter Koolmees wil dat gemeentes en werkgevers meer doen om werk te bieden aan nieuwkomers. De arbeidskrapte die dreigt in de tuinbouw – maar ook bouw, transport en techniek – biedt daarvoor kansen, schrijft Koolmees in een brief aan de Tweede Kamer.
Koolmees wil speciale aandacht voor Somaliërs. Deze overwegend jonge nieuwkomers lopen relatief achter bij inburgering, bleek in december uit een rapport van het Sociaal Cultureel Planbureau. Binnenkort wil Koolmees met een beperkt aantal gemeenten en werkgevers in overleg om de positie van met name deze groep te verbeteren.
De helft van de nieuwkomers uit Somalië is jonger dan 21 jaar. Er dreigt een verloren groep te ontstaan van nieuwkomers die onvoldoende meedoen in de maatschappij.
Focus op ‘zo snel mogelijk meedoen’
In het inburgeringsstelsel komt volgens Koolmees daarnaast extra aandacht voor groepen die achterblijven, waaronder Somaliërs, waarbij de focus komt te liggen op zo snel mogelijk meedoen, vooral op de arbeidsmarkt. Gemeenten zullen veel actiever worden betrokken bij de inburgering van nieuwkomers.
Werklozen
Eerder stelde minister Koolmees dat het niet zijn taak is om personeelskrapte in de tuinbouw tegen te gaan door meer werklozen in kassen te krijgen.
Werkgevers zijn aan zet, zei hij in antwoorden op Kamervragen van de VVD. Die partij vroeg Koolmees naar mogelijkheden van aanvullend beleid, om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt ook naar de tuinbouw toe te leiden. Aanleiding was het signaal over de verwachte dalende belangstelling van Polen om te werken in de Nederlandse tuinbouw. De VVD ziet hier een kans voor Nederlandse werklozen en jongeren.