Ronald Kalter in IJsselmuiden is niet tevreden over de opkomst van zijn midden vroege en late rassen witlof.
Hij schat dat er gemiddeld 20.000 tot 25.000 wortels minder van een hectare komen dan hij gewend is. “Ik denk dat we maximaal op 250.000 stuks per hectare uitkomen”, aldus Kalter eind juli. De zaai-omstandigheden waren niet ideaal, schetst hij. “Er was sprake van korstvorming, het is koud geweest en er zijn hier in de Noordoostpolder een paar flinke buien gevallen. Dat alles bij elkaar maakt dat de opkomst en de groei niet optimaal verlopen zijn.”
Beter marktevenwicht
Het nadeel is misschien nog niet zo zeer dat er minder wortels van een hectare komen, als wel dat de sortering onregelmatige zal zijn. “Op sommige meters staan er echt maar een paar. Die groeien dus helemaal uit de maat. Een half jaar voordat je met die wortels aan de gang moet, ben je daar al mee bezig. Want in de trek komen we ze nog een keer tegen. Nee, daar word je echt niet vrolijk van.” Ook niet vrolijk wordt hij van de prijsvorming in de afgelopen zes weken. “In de zomer is de prijs altijd matig tot slecht, dat weten we eigenlijk wel, maar dan nog. Gelukkig begint het nu weer aan te trekken, blijkbaar begint er weer een beter marktevenwicht te ontstaan. Je kunt je weer wat harder opstellen in de prijsonderhandelingen.”
Rekenen met wortelvoorraad
Volgens Kalter hebben de meeste telers nog een beperkte wortelvoorraad. Daar komt nog bij de vroegste wortels later dan gepland gerooid zullen gaan worden. “Het wordt voor veel telers dus rekenen om met hun wortels uit te komen totdat de nieuwe wortels er zijn. Er zal daarom minder worden opgezet. Dat kan de prijsvorming ten goede komen. Bij de huidige prijzen hoef je ook niet snel te zijn om je wortels weg te werken. Dat speelt natuurlijk ook een rol.”
Qua productie streeft Kalter naar een niveau tussen 60 en 70 kilo per vierkante meter. “Bij de huidige partij zitten we op 65 kilo. Dat vind ik goed. Boven 70 kilo wil ik niet uitkomen, want dan ontstaan er vrijwel altijd kwaliteitsproblemen met de kroppen.”