Op het bedrijf van paprikateler Danny van Der Spek in Bergschenhoek heeft staatssecretaris Martijn van Dam van Economische Zaken het startsein gegeven voor 7 pilots in het programma ‘Systeemaanpak Duurzame Gewasbescherming’.
Telers zijn al ver gevorderd met geïntegreerde gewasbescherming, maar een aantal knelpunten in de toepassing daarvan maken dat nog niet alle kansen benut kunnen worden. Tijdens de Dialoog Duurzame Gewasbescherming op 3 februari 2016 zijn daarom afspraken gemaakt over een Systeemaanpak Duurzame Gewasbescherming, om betere randvoorwaarden te creëren voor de toepassing van geïntegreerde gewasbescherming in de praktijk. Daarbij wordt onder andere bij voorlopers in de biologische teelt gekeken wat de grootste knelpunten voor een totale biologische aanpak in de verschillende teelten zijn. Om specifieker te gaan onderzoeken hoe die opgelost kunnen worden.
Danny van der Spek gaf bij van Dam aan dat telers een gereedschapskist nodig hebben om plagen en ziekten goed aan te pakken. Het liefst gevuld met zo veel mogelijk groene middelen. Het beleid en het toelatingsbeleid moeten voor dat laatste dan wel net zo innovatief zijn/worden als de praktijk. “Wij kunnen en doen al heel veel, maar we lopen tegen technische en beleidsgrenzen aan.” Effectieve noodrem-middelen zullen altijd als correctie noodzakelijk blijven, zeker als door een ‘groene’ aanpak grotere bedrijfsrisico’s genomen worden. De NVWA zal dan ook voldoende ruimte moeten geven voor toepassing van dergelijke correctie-middelen.
Toelatingsbeleid
Het huidige toelatingsbeleid is niet afgestemd op het realiseren van innovatieve duurzame gewasbeschermingssystemen. Voorzitter Nico van Ruiten van LTO Glaskracht Nederland: “Het toelatingsbeleid stamt nog uit de vorige eeuw en is niet gericht op IPM (Integrated Pest management).”
Het Ctgb beoordeeld individuele stoffen op een veilige toepassing, maar optimale inpassing in een systeemaanpak wordt niet meegenomen. Een voorbeeld: een middel wat volgens het etiket nu maximaal twee keer volvelds toegepast mag worden, zou in een complete systeembenadering beter ook toelating kunnen krijgen om het bijvoorbeeld vijf keer op haarden in te zetten. In totaal kan hiermee de hoeveelheid middel veel beperkter blijven, terwijl de effectiviteit veel groter is door minder schade aan de biologie in de rest van de tuin.
Pilots
In 7 pilots bij diverse gewassen proberen telers met ondersteuning van deskundigen knelpunten aan te pakken en het gebruik van geïntegreerde gewasbescherming naar hoger niveau te tillen. Eén van deze pilots vindt plaats bij het paprikabedrijf dat Van Dam bezocht. Bladluis, met name boterbloemluis, is in de paprikateelt een groot struikelblok in de biologische bestrijding.
Onder andere wordt gekeken of de schimmel Pandora neoaphidis in de praktijk een bijdrage kan leveren. In onderzoek is al aangetoond dat deze schimmel heel specifiek bladluizen kan infecteren, en effectiever werkt dan meer generalistische schimmelsoorten. De binnenin de luis doorgroeiende schimmel doodt de bladluis. De schimmel gaat ook sporuleren, waarbij de door de kas zwevende sporen nieuwe luizen kunnen infecteren en doden. Zo kan de schimmel een epidemie veroorzaken. Nog effectiever is het als parasiterende sluiwespen sporen direct meenemen naar nieuwe bladluizenplekken die zij opsporen.
De schimmel kan via bankerplants met (graan)luizen uitgezet worden in schadelijke bladluis-haarden. De sporen-vorming vindt vooral plaats onder vochtige omstandigheden. Het is daarom gunstig om gedurende de nacht vier uur een hoge rv (lokaal) in de kas te realiseren.
Overige pilots
Naast de sector glasgroenten worden onder andere ook pilots uitgevoerd bij spruiten, om op een slimmere manier een lagere plaagdruk te realiseren met minder middelen. In de appelteelt wordt geprobeerd mijtenbeheersing te realiseren met een natuurlijk evenwicht en gerichte haardbestrijding.
Versnelde toelating
De hoop is dat de pilots ook effect zullen hebben op een versnelde en goedkopere toelatingsprocedure voor groene middelen. Onder andere door phytotoxische en effectiviteitstoetsen achterwege te laten, die telers zelf wel uit kunnen voeren.
Van Dam gaf aan de resultaten van de Nederlandse innovaties en oplossingen ook als overheid mee te willen gaan nemen naar Brussel, om in te brengen in Europese afspraken over de aanpak van duurzame gewasbescherming.